Artikel 46ter, KB/WIB 92
Art. 46ter, tweede lid, treedt in werking op 01.01.2019 (art. 1 en 2, KB 04.04.2019 - B.S. 18.04.2019; Numac: 2019011851)
Het maximumbedrag van de in artikel 67quater, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde bezoldiging wordt bepaald op:
- 100 % van de schijf van 0,01 euro tot 1.500,00 euro;
- 30 % van de schijf van 1.500,01 euro tot 2.600,00 euro.
Het aldus vastgestelde maximumbedrag van bruto maandbezoldiging per werknemer kan, in overleg met de vertegenwoordigers van de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties, vanaf 2018 worden aangepast, rekening houdend met de gezondheidsindex, de evolutie van de lonen en de eventuele wijzigingen van de fiscale wetgeving, en met dien verstande dat de jaarlijkse maximum kost 50 miljoen euro in 2019, 100 miljoen euro in 2020, 150 miljoen euro in 2021, 200 miljoen euro in 2022 en 250 miljoen euro vanaf 2023 zal zijn.
Om binnen de in het tweede lid genoemde enveloppe te blijven, die vanaf 2020 wordt geïndexeerd, wordt zo nodig de coëfficiënt van 30 % aangepast. Met het oog op die indexatie wordt de genoemde enveloppe gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer van januari 2019. Het geïndexeerde bedrag van de enveloppe wordt afgerond op het hoger of lager veelvoud van een miljoen euro naargelang het cijfer van de honderdduizendtallen al dan niet 5 bereikt.
Deze coëfficiënt zal jaarlijks na overleg met de vertegenwoordigers van de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties door Ons worden bepaald.