Parlementaire vraag nr. 5-898 van de heer Bart Laeremans van 27.01.2011

Parlementaire vraag n° 5-898 van de heer Bart Laeremans dd. 27.01.2011

Schriftelijke vraag, Senaat 2011

Personenbelasting

Belastingkrediet

Belastingkrediet voor lage activiteitsinkomsten

Kind ten laste

Zelfstandige

Internet voor iedereen

Dienstencheque

Statistiek

Gewest

VRAAG

Bij de laatste fiscale hervorming onder de vroegere paarse regering werd een systeem van belastingkrediet ingevoerd. Mensen die over een te laag inkomen beschikken, krijgen een fiscale tegemoetkoming.

1) Kan de geachte minister per gewest een overzicht geven van het aantal inwoners dat zo'n belastingkrediet kreeg toegeschoven tijdens de voorbije vijf jaar?

2) Kan hij voor elk jaar en per gewest meedelen wat dit belastingkrediet aan de Schatkist gekost heeft?

3) Worden er statistieken bijgehouden over de verschillende categorieën van mensen die van zo'n belastingkrediet genieten? Bestaan er bijvoorbeeld per gewest gegevens over het aantal zelfstandigen, het aantal werknemers, het aantal werklozen en het aantal gepensioneerden, die van dit systeem gebruik maken?

ANTWOORD (van de heer Reynders, vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen).

De onderstaande tabellen bieden, voor de aanslagjaren 2005 tot 2009, een overzicht van de inkohieringsstatistieken met betrekking tot de verschillende belastingkredieten toegekend door de federale staat in de personenbelasting.

Het betreft meer bepaald de volgende belastingkredieten :

- het belastingkrediet voor de toename van de eigen middelen, toegekend aan zelfstandigen (artikel 289bis, Wetboek van de inkomstenbelastingen 92) ;

- het belastingkrediet voor kinderen ten laste (artikel 134, paragraaf 3, Wetboek van de inkomstenbelastingen 92) ;

- het belastingkrediet voor lage activiteitsinkomsten (artikel 289ter, Wetboek van de inkomstenbelastingen 92) ;

- het belastingkrediet "Internet voor iedereen I" (artikelen 185-188 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen, Belgisch Staatsblad 30 december 2005, 2^e editie en de artikelen 5-6 van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), Belgisch Staatsblad 28 december 2006, 3^e editie) ;

- het belastingkrediet voor dienstencheques (artikel 156bis, Wetboek van de inkomstenbelastingen 92).

Voor elk aanslagjaar en voor elk belastingkrediet worden zowel het aantal belastingplichtigen dat van een belastingkrediet genoot als het totaalbedrag aan verleende belastingkredieten opgenomen.

Voor het aanslagjaar 2009 gaat het uiteraard om voorlopige cijfers, aangezien voor dit aanslagjaar de aanslagtermijn van drie jaar, bedoeld in artikel 354, 1^e lid, Wetboek van de inkomstenbelastingen 92, nog steeds loopt.

Een verdeling van de onderstaande statistieken volgens de aard van de beroepswerkzaamheid (werknemers, zelfstandigen, werklozen, enz.) is niet mogelijk, aangezien heel wat belastingplichtigen gedurende hetzelfde jaar meerdere types van beroepsinkomsten behalen.

Tenslotte vestig ik er uw aandacht op dat deze belastingkredieten, net zoals de voorheffingen, met de personenbelasting verrekenbare bestanddelen vormen.