Commentaar van art. 247, WIB 92

Art. 247, WIB 92

I. WETTEKST

Nummer 247/0

Art. 247. - In gevallen vermeld in artikel 234 wordt de belasting berekend :

1° tegen het tarief van 20 pct. van de inkomsten vermeld in artikel 234, 1° en 2°;

2° tegen het tarief vermeld in artikel 215, eerste lid, wat betreft de in artikel 234, 3°, vermelde bijdragen, pensioenen, renten en toelagen;

3° tegen het tarief van 300 pct. wat betreft de in artikel 234, 4°, vermelde niet verantwoorde kosten.

II. BUITENLANDSE RECHTSPERSONEN

Nummer 247/1

Deze rechtspersonen zijn onderworpen aan drie afzonderlijke aanslagen in de BNI/rechtspers.(zie 234/1).

De aanslag op de inkomsten van onroerende goederen en de bedragen verkregen bij vestiging of overdracht van bepaalde onroerende rechten als bedoeld in art. 234, 1° en 2°, WIB 92, wordt gevestigd tegen het eenvormige tarief van 20 % (zie 234/2 tot 4).

De belasting op de bijdragen, pensioenen, renten en toelagen als bedoeld in art. 234, 3°, WIB 92, wordt berekend tegen het tarief van 39 % (zie 234/5).

Een aanslag op niet verantwoorde kosten als bedoeld in art. 234, 4°, WIB 92, wordt berekend tegen het tarief van 300 % (zie 234/6).

Met die aanslagen mogen geen voorheffingen of andere bestanddelen worden verrekend en er wordt geen vermeerdering bij gebrek aan of wegens ontoereikende voorafbetalingen toegepast.

III. AANVULLENDE CRISISBIJDRAGE

Nummer 247/2

Op de aldus berekende belasting van niet-inwoners moet een ACB van 3 % worden gevestigd (zie art. 463bis, WIB 92), met uitzondering van diegene die ten laste komt van vreemde Staten en hun staatkundige onderverdelingen en plaatselijke gemeenschappen.