Parlementaire vraag nr. 1938 van de heer Wouter Vermeersch van 05.03.2024
Kamer, Vragen en Antwoorden, 2023-2024, QRVA 55/134 d.d. 24.05.2024, blz. 205
Landenrapportage.
VRAAG (van de heer Vermeersch)
Belastingontwijking en oneerlijke praktijken van multinationale ondernemingen vormen wereldwijd een uitdaging. In reactie hierop heeft de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in het kader van het Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) Action Plan, gericht op het verminderen van belastingontwijking, het Country-by-Country Reporting (CbCR) geïntroduceerd. Deze maatregelen bieden belastingautoriteiten effectieve instrumenten om belasting gerelateerde activiteiten van multinationals te beoordelen. Sinds 2016 zijn multinationale groepen die een geconsolideerde omzet hebben van meer dan 750 miljoen euro verplicht dergelijk landenrapport in te dienen.
1. Hoe evalueert u het verplicht landenrapport voor multinationale ondernemingen?
2. In welke mate houden multinationale ondernemingen zich aan deze regel? Werden hiervoor reeds boetes opgelegd?
3. Hoe staat u tegenover het wetsontwerp dat in december 2023 werd aangenomen om ook een publiek landenrapport verplicht te maken voor multinationale ondernemingen? Hoe schat u de effecten hiervan in?
4. Bent u ervan overtuigd dat de betrokken ondernemingen voldoende tijd hebben om dergelijke rapporten en analyses tijdig klaar te krijgen, gezien de inwerkingtreding op 22 juni 2024?
ANTWOORD (van de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding)
1. Overeenkomstig artikel 321/6 WIB 92 wordt het landenrapport gebruikt voor het beoordelen van grote verre-kenprijsrisico's en van andere risico's die verband houden met de uitholling van de belastbare grondslag en met winstverschuiving, daaronder begrepen het risico dat leden van de multinationale groep waarvoor regels in verband met verrekenprijzen van toepassing zijn, die regels niet naleven en, waar aangewezen, ook voor het maken van een economische en statistische analyse.
Aanpassingen van de verrekenprijzen, mogen niet louter gebaseerd zijn op het landenrapport. Niettegenstaande het voorafgaande, is het niet verboden om het landenrapport als basis te gebruiken om in het kader van een controle verder onderzoek te verrichten naar de verrekenprijsafspraken van de multinationale groep of naar andere belastingaangelegenheden van een groepsentiteit met als gevolg dat passende correcties mogen gemaakt worden aan het belastbaar inkomen van een groepsentiteit.
De fiscale administratie gebruikt de data uit de landenrapporten voor de gecentraliseerde risicoanalyse inzake verrekenprijzen. Daarnaast wordt een visualisatietool ter beschikking gesteld aan de controleagenten teneinde deze data op een gestructureerde wijze te kunnen raadplegen en te exploiteren op basis van enkele standaardratio's en via grafieken.
Deze data zijn zeer nuttig voor het uitvoeren van een eerste pre-analyse door de controleagenten in het kader van de uitvoering van de controle opdrachten.
Omwille van de invoering van de mondiale minimumbelasting, beter gekend als Pillar 2, zal het belang van de landenrapporten nog verder toenemen. Deze minimumbelasting voorziet immers in een veilige haven (safe harbour) waardoor, onder meer op basis van informatie uit de landenrapporten, de multinationale onderneming groep of omvangrijke binnenlandse groep kan worden vrijgesteld van een bijheffing.
2. Momenteel bevindt de fiscale administratie zich in een fase van compliance waarbij zij contact opneemt met de betrokken Belgische ondernemingen wanneer het landenrapport potentiële fouten bevat. In dit verband voorziet de website van de fiscale administratie in een bericht met verwijzing naar de meest voorkomende fouten (vaak voorkomende problemen met betrekking tot het landenrapport).
Deze compliance-acties hebben al bijgedragen tot een systematische verbetering van de kwaliteit van de de Belgische country-by-country aangiften.
Deze compliance-actie gaat vooraf aan het opleggen van boetes, dit om bedrijven te ondersteunen bij hun nieuwe internationale verplichtingen.
De komende maanden is er ook een CRM-actie (communicatieactie) gepland om bedrijven aan hun verplichtingen te herinneren en hen te helpen bepaalde veelvoorkomende fouten te vermijden.
Er wordt opgemerkt dat de fiscale administratie overigens al boetes heeft opgelegd voor het niet naleven van de BEPS13 (Base Erosion and Profit Shifting)-verplichtingen zoals de indiening van het lokale dossier, de masterfile of de notificatieplicht inzake het landenrapport. Naar aanleiding van deze boetes heeft de fiscale administratie verschillende vragen om verduidelijking ontvangen van Belgische vennootschappen omtrent het correct en tijdig vervullen van de verplichting tot indiening van het landenrapport.
3. Het antwoord op dit punt inzake de wet van 8 januari 2024 tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen wat de openbaarmaking van informatie over de inkomstenbelasting door bepaalde vennootschappen en bijkantoren betreft (Belgisch Staatsblad, 26 januari 2024) valt onder de bevoegdheid van mijn collega, Pierre-Yves Dermagne, vice-eersteminister en minister van Economie en Werk.
4. Het antwoord op dit punt inzake de wet van 8 januari 2024 tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen wat de openbaarmaking van informatie over de inkomstenbelasting door bepaalde vennootschappen en bijkantoren betreft (Belgisch Staatsblad, 26 januari 2024) valt onder de bevoegdheid van mijn collega, Pierre-Yves Dermagne, vice-eersteminister en minister van Economie en Werk.