Commentaar van art. 272, WIB 92

Art. 272, WIB 92

I. WETTEKST

272/0

II. RECHT OM DE BV IN TE HOUDEN

272/1

III. RECHT OM ZICH HET BEDRAG VAN DE BV BIJ VOORBAAT TE DOEN OVERHANDIGEN

272/2

IV. RECHT VOOR DE BELASTINGSCHULDIGE OM DE BV MET EIGEN GELDEN TE BETALEN

272/3

V. VERPLICHTING TOT INHOUDING VAN DE BV OP MEERWAARDEN OP ONROERENDE GOEDEREN VERWEZENLIJKT DOOR NIET-INWONERS

272/4

I. WETTEKST

Nummer 272/0

Art. 272. - Behoudens strijdig beding :

1° hebben de in artikel 270, 1°, 3°en 6° vermelde belastingschuldigen het recht op de belastbare inkomsten de desbetreffende voorheffing in te houden [ De huidige tekst van art. 272, eerste lid, 1°, WIB 92, is van toepassing op de inkomsten toegekend of betaalbaar gesteld vanaf 1.7.1993. ];

2° hebben de in artikel 270, 2°, vermelde belastingschuldigen het recht zich het bedrag van de voorheffing, verschuldigd wegens fooien of dienstpercenten, bij voorbaat te doen overhandigen.

Ondanks elk strijdig beding moeten de in artikel 270, 5°, vermelde belastingschuldigen de desbetreffende voorheffing inhouden op de meerwaarden die begrepen zijn in de in artikel 228, § 2, 3°, a en 4° vermelde winst of baten [ Art. 272, tweede lid, WIB 92, is van toepassing op de vanaf 1.1.1993 verwezenlijkte meerwaarden. ].

II. RECHT OM DE BV IN TE HOUDEN

Nummer 272/1

De in art. 270, 1°, 3° en 6°, WIB 92 bedoelde belastingschuldigen (zie 270/4) hebben het recht op de belastbare inkomsten die zij betalen of toekennen, de BV in verband met die inkomsten in te houden, en zulks zonder verhaal van de verkrijgers, ongeacht hun nationaliteit.

III. RECHT OM ZICH HET BEDRAG VAN DE BV BIJ VOORBAAT TE DOEN OVERHANDIGEN

Nummer 272/2

De in art. 270, 2°, WIB 92, bedoelde belastingschuldigen (zie 270/4) hebben het recht zich het bedrag van de BV op de door de clientèle aan hun personeel betaalde fooien of dienstpercenten, bij voorbaat te doen overhandigen. Deze bijzonderheid vloeit voort uit het feit dat de bezoldigingen niet rechtstreeks door de werkgevers worden betaald.

IV. RECHT VOOR DE BELASTINGSCHULDIGE OM DE BV MET EIGEN GELDEN TE BETALEN

Nummer 272/3

De wetgever heeft geen afbreuk willen doen aan de vrijheid van overeenkomsten tussen de partijen.

Daaruit volgt dat de belastingschuldigen afstand kunnen doen van hun recht om het bedrag van de BV in te houden of zich bij voorbaat te doen overhandigen en zelf de belasting kunnen dragen ter ontheffing van de verkrijgers van de inkomsten (Gent, 7.3.1933, NV Etablissementen Liebaert-Peel, Bull. 71, blz. 31).

Het ligt voor de hand dat de BV, onverminderd het bepaalde in 312/42, eerste lid, bij de definitieve regeling van de fiscale toestand van de verkrijger als onrechtstreeks voordeel aan het brutobelastbaar bedrag van de inkomsten waarop zij verschuldigd is moet worden toegevoegd in de mate dat die BV niet werkelijk op die inkomsten is ingehouden of niet van hem is gevorderd (inzonderheid in geval van inkohiering op naam van de schuldenaar van een supplement, verschuldigd wegens de onjuiste toepassing van de berekeningsregels inzake BV: zie 312/41).

V. VERPLICHTING TOT INHOUDING VAN DE BV OP MEERWAARDEN OP ONROERENDE GOEDEREN VERWEZENLIJKT DOOR NIET-INWONERS

Nummer 272/4

De in art. 270, 5°, WIB 92, vermelde schuldenaars van de BV (zie 270/4, 5°) moeten, ondanks elk strijdig beding, de BV verschuldigd op de meerwaarden die door een aan de BNI onderworpen belastingplichtige (m.a.w. een niet-inwonende natuurlijke persoon, een buitenlandse vennootschap of een ermee gelijkgesteld lichaam) worden verwezenlijkt bij de overdracht onder bezwarende titel van in België gelegen onroerende goederen of van zakelijke rechten met betrekking tot zulke goederen, voorzover die meerwaarden begrepen zijn in de winst of in de baten van die belastingplichtige, inhouden op de overdrachtprijs.