Parlementaire vraag nr. 861 van de heer Cardoen van 30.09.1994

VRAAG 94/861

Vraag nr. 861 van de heer Cardoen dd. 30.09.1994


Bull. nr. 746, pag. 621

Feitelijke verenigingen - Fiscale controles.

Sommige feitelijke verenigingen, zonder rechtspersoonlijkheid, worden de jongste tijd door de controlediensten van de directe belastingen, cel VZW, verplicht om voor elk inkomstenjaar een opgave van specifieke uitgaven voor te leggen.

Als u weet dat de meeste verenigingen en hun bestuur berusten op vrijwilligerswerk en over geen specialisten inzake boekhouding beschikken, zal u best begrijpen dat dergelijke administratieve rompslomp zeer nefast uitvalt voor het verenigingsleven zelf.

Kan de geachte minister mij mededelen :


1. Wat precies beoogd wordt met dergelijke controle;


2. Of de bestuurders van deze verenigingen aansprakelijk kunnen gesteld worden voor nalatige of onvoldoende inlichtingen en zo ja, welke de sancties of boetes zijn in hoofde van de bestuursleden ?

ANTWOORD

1. De verificatie van de inkomsten en uitgaven van de door het geachte lid bedoelde feitelijke verenigingen geschiedt uitsluitend met het oog op het naleven van hun verplichtingen inzake bedrijfsvoorheffing en roerende voorheffingen en, in voorkomend geval, het verstrekken van de nodige inlichtingen met het oog op het belasten van derden.

2. De verantwoordelijkheid voor het nakomen van de ter zake opgelegde verplichtingen inzake inkomstenbelastingen berust in principe bij elk lid van de feitelijke vereniging zodat de in het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bepaalde sancties, inzonderheid de artikelen 444 en 445, principieel ten overstaan van elk lid kunnen worden toegepast.

In de praktijk is het evenwel zo dat de administratie zich in de eerste plaats wendt tot de voorzitter of afgevaardigd bestuurder van de vereniging of tot degene onder de leden waarvan gebleken is dat hij daadwerkelijk aan handelingen deelgenomen heeft.