Commentaar van art. 205/3, WIB 92 (bijwerking)
Bijwerking van 01.01.2010
TITEL III: VENNOOTSCHAPSBELASTING
HOOFDSTUK II: GRONDSLAG VAN DE BELASTING
Afdeling IV: Vaststelling van het netto-inkomen
Onderafdeling IIIbis: Aftrek voor octrooi-inkomsten
Art. 205-3, WIB 92
I. WETTEKST
Nummer 205-3/0
Laatst becommentarieerde wettelijke of reglementaire bepaling(en): W 27.4.2007 (BS 8.5.2007, 3de editie) - KB 11.1.2009 (BS 15.1.2009) A. WIB 92
Art. 205-3. - § 1. De octrooi-inkomsten van een belastbaar tijdperk die betrekking hebben op door de vennootschap verworven octrooien, worden verminderd:
- met de vergoedingen, van welke aard ook, die zijn verschuldigd aan derden voor deze octrooien, in zover deze vergoedingen ten laste worden gelegd van het in België belastbare resultaten van hetzelfde belastbaar tijdperk; en
- met tijdens het belastbaar tijdperk toegepaste afschrijvingen op de aanschaffings- of beleggingswaarde van deze octrooien in zover deze afschrijvingen ten laste worden gelegd van het in België belastbare resultaat van hetzelfde belastbaar tijdperk.
In geval de in het eerste lid bedoelde vergoedingen en afschrijvingen niet uitsluitend betrekking hebben op octrooien, worden de in aanmerking te nemen octrooi-inkomsten alleen verminderd met het gedeelte dat betrekking heeft op octrooien.
De in het eerste lid bedoelde vergoedingen omvatten niet de door de vennootschap aan derden verschuldigde bijdragen in de werkelijke kosten van onderzoek en ontwikkeling die door deze derden worden gedragen.
§ 2. Indien de vergoedingen die zijn verschuldigd aan derden met betrekking tot de door de vennootschap verworven octrooien lager zijn dan de vergoedingen die tussen onafhankelijke ondernemingen zouden zijn overeengekomen, worden de octrooi-inkomsten van het belastbaar tijdperk met betrekking tot deze octrooien, in afwijking van § 1, eerste streepje, verminderd met de vergoedingen die tussen onafhankelijke ondernemingen zouden zijn overeengekomen en die ten laste zouden komen van het belastbare tijdperk.
De in het eerste lid bedoelde vergoedingen omvatten niet de vergoedingen die afgeschreven worden, zoals bedoeld in § 3.
§ 3. Indien de aanschaffings- of beleggingswaarde van de door de vennootschap verworven octrooien lager is dan de prijs die tussen onafhankelijke ondernemingen zou zijn overeengekomen, worden de octrooi-inkomsten van het belastbaar tijdperk met betrekking tot deze octrooien, in afwijking van § 1, tweede streepje, verminderd met de afschrijvingen die tijdens het belastbaar tijdperk zouden zijn toegepast op de aanschaffingsprijs die tussen onafhankelijke ondernemingen zou zijn overeengekomen.
B. KB/WIB 92
Art. 77/1. De in de artikelen 2051 tot 2054 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vermelde aftrek voor octrooi-inkomsten wordt, tot het bedrag van de restwinst na toepassing van artikel 77 afgetrokken.
II. GRONDSLAG EN BEREKENING VAN DE AFTREK
A. PRINCIPE
Nummer 205-3/1
De aftrek voor octrooi-inkomsten bedraagt 80% van de inkomsten uit octrooien, in voorkomend geval verminderd met de vergoedingen en de afschrijvingen die betrekking hebben op van derden verworven octrooien of licenties (zie punt B) hierna. De aftrek gebeurt bij de vaststelling van de belastbare grondslag, waardoor slechts 20% van de octrooi-inkomsten aan de Ven.B onderworpen is.
Nummer 205-3/2
Bij de verschillende bewerkingen die nodig zijn voor het bepalen van de belastbare grondslag in de Ven.B komt de aftrek voor octrooi-inkomsten na de DBI- en VRI-aftrek (bedoeld in art. 77, KB/WIB 92) en voor de aftrek voor risicokapitaal (bedoeld in art. 77bis, KB/WIB 92).
Nummer 205-3/3
Het bedrag van de aftrekbare octrooi-inkomsten wordt niet beperkt. In de mate waarin de winst van het aj. onvoldoende is, zal het overschot evenwel niet kunnen worden overgedragen naar de volgende ajn. (Kamer, Zitting 2006-2007, Parl. St., DOC-51 3058/001, blz. 39).
B. VERMINDERING VOOR OCTROOIEN VERWORVEN VAN DERDEN
Nummer 205-3/4
Zoals verduidelijkt in de nrs. 205-2/8 en volgende, kan m.b.t. de van derden verworven octrooien de aftrek slechts worden genoten, voor zover de geoctrooieerde producten of procédés door een onderzoekscentrum verder zijn verbeterd geweest.
Nummer 205-3/5
Deze vereiste om een verbetering aan te brengen gaat gepaard met een anti-misbruikbepaling zoals bedoeld in art. 205-3, WIB 92, ten einde misbruiken ingevolge cascade-verrichtingen te voorkomen.
Binnenlandse vennootschappen zouden immers octrooien kunnen kopen of in licentie nemen die vervolgens terug in licentie worden gegeven, met als enige bedoeling enerzijds het verkrijgen van inkomsten die in belangrijke mate zijn vrijgesteld van belastingen en anderzijds het creëren van beroepskosten, te weten afschrijvingen op de aangekochte octrooien en aan derden betaalde vergoedingen voor licentierechten (Kamer, Zitting 2006-2007, Parl. St., DOC 51-3058/001, blz. 39).
Nummer 205-3/6
Uit de bewoordingen van artikel 205-3, WIB 92, volgt dat een vermindering van de basis van de aftrek voor octrooi-inkomsten wordt toegepast in de twee volgende gevallen:
- indien de vennootschap licentierechten op één of meer octrooien verwerft op grond van een licentieovereenkomst met een al dan niet onafhankelijke derde;
- indien de vennootschap van een al dan niet onafhankelijke derde op enigerlei wijze de eigendom, de mede-eigendom of het vruchtgebruik met betrekking tot één of meerdere octrooien verwerft.
Nummer 205-3/7
Er wordt aan herinnerd dat de vermindering van de basis van de aftrek voor octrooi-inkomsten nooit wordt toegepast op de inkomsten uit octrooien die door de vennootschap zelf zijn ontwikkeld.
Nummer 205-3/8
Om de hiervoor omschreven misbruiken tegen te gaan, bepaalt artikel 205-3, § 1, WIB 92, dat de octrooiinkomsten van een belastbaar tijdperk die betrekking hebben op door de vennootschap verworven octrooien, worden verminderd:
- met de vergoedingen, van welke aard ook, die zijn verschuldigd aan derden voor deze octrooien; deze vergoedingen omvatten niet de door de binnenlandse vennootschap aan derden verschuldigde bijdragen in de werkelijke kosten van onderzoek en ontwikkeling;
- de toegepaste afschrijvingen op de aanschaffings- of beleggingswaarde van deze octrooien.
Nummer 205-3/9
De bedoelde vergoedingen en afschrijvingen komen slechts in de vermindering voor in de mate waarin:
- zij ten laste worden gelegd van het in België belastbare resultaat;
- zij ten laste worden gelegd van het belastbare tijdperk waarin de octrooi-inkomsten zijn ontvangen, zelfs indien de vergoedingen zijn betaald of het karakter van een zekere en vaststaande schuld tijdens een ander belastbaar tijdperk hebben verkregen;
- zij uitsluitend betrekking hebben op octrooien; zoniet is de vermindering enkel van toepassing op het gedeelte van die vergoedingen of van die afschrijvingen.
Nummer 205-3/10
Daarom is er voor binnenlandse vennootschappen geen reden om de basis voor de aftrek voor octrooiinkomsten te verminderen met de vergoedingen en de afschrijvingen die ten laste komen van een buitenlandse inrichting gelegen in een land met een DBV.
Nummer 205-3/11
Alle kosten en afschrijvingen die normaal ten laste komen van het in België belastbare resultaat, moeten voor de berekening van de aftrek voor octrooi-inkomsten in mindering worden gebracht, ongeacht of deze kosten en afschrijvingen effectief zijn geboekt.
Nummer 205-3/12
Evenwel komen de door de vennootschap gemaakte kosten van onderzoek en ontwikkeling of de kosten verbonden aan het in stand houden van octrooien niet in aanmerking voor de vermindering van de basis van de aftrek voor octrooi-inkomsten.
Nummer 205-3/13
De vermindering moet voor elk octrooi afzonderlijk worden toegepast en niet in zijn geheel.
Indien een vennootschap tijdens het belastbaar tijdperk inkomsten ontvangt met betrekking tot van derden verworven eigendoms- of licentierechten op een bepaald octrooi, moeten de voor dat tijdperk aan derden verschuldigde vergoedingen en de afschrijvingen met betrekking tot dat octrooi in mindering komen van die inkomsten.
Indien de aan derden verschuldigde vergoedingen en/of de afschrijvingen de ontvangen octrooiinkomsten uit een bepaald octrooi overschrijden, mag het excedent niet worden afgetrokken van de inkomsten uit eventuele andere octrooien.
Nummer 205-3/14
De vermindering van de basis van de aftrek voor octrooi-inkomsten staat los van de aftrekbaarheid van de vergoedingen en de afschrijvingen als beroepskosten en heeft bijgevolg geen enkel gevolg op dat vlak.
Nummer 205-3/15
Tenslotte bepaalt artikel 205-3, § 2 en § 3, WIB 92, dat, wanneer het octrooi werd verworven onder voorwaarden die afwijken van deze die tussen onafhankelijke ondernemingen zouden zijn overeengekomen, de octrooi-inkomsten moeten worden verminderd met de marktprijsconforme vergoedingen en de afschrijvingen die worden toegepast op een marktprijsconforme aanschaffingswaarde.
Het zijn m.a.w. de bedragen die worden bepaald overeenkomstig het arm' lenghtprincipe die voor de vermindering in aanmerking worden genomen, t.t.z. de afschrijvingen die zouden zijn toegepast op de aanschaffingsprijs die tussen onafhankelijke ondernemingen zou zijn overeengekomen.
III. BEPERKING VAN HET FBB
Nummer 205-3/16
Deze bepaling wordt besproken in de commentaar op art. 286, WIB 92.
IV. VOORBEELD
Nummer 205-3/17
Een vennootschap die per kalenderjaar boekhoudt heeft een zelfontwikkeld octrooi A aan een derde in licentie gegeven voor een jaarlijks bedrag van 100.000,00 EUR. Van een niet verwante vennootschap heeft zij eveneens een licentie verworven die haar toelaat diensten te leveren. Voor het jaar n bedragen de inkomsten die zijn begrepen m.b.t. het octrooi B de levering van diensten en de jaarlijks aan de eigenaar betaalde vergoeding respectievelijk 200.000,00 EUR en 80.000,00 EUR.
Het saldo van de belastbare grondslag voor het jaar n, na de toepassing van DBI- en VRI-aftrek,
bedraagt 400.000,00 EUR.
De belastbare vergoeding wordt als volgt bepaald:
Belastbare grondslag na toepassing van de DBI- en VRI-aftrek: 400.000,00 EUR
Aftrek voor octrooi-inkomsten:
Octrooi A: (80% * 100.000,00 EUR) (80.000,00 EUR)
Octrooi B: (80% {200.000,00 EUR - 80.000,000 EUR}) (96.000,00 EUR)
Belastbare grondslag na toepassing van de "aftrek voor octrooi-inkomsten" 224.000,00 EUR
V. BIJZONDERE GEVALLEN
Nummer 205-3/18
…/…