Parlementaire vraag nr. 15080 van de heer Frank Wilrycx van 29.01.2013
Mondelinge parlementaire vraag nr. 15080 van de heer Frank Wilrycx dd. 29.01.2013
Kamer, Beknopt verslag, Commissie voor de Financiën en de Begroting, 2012-2013, CRABV 53 COM 656 dd. 29.01.2013, blz. 13Personenbelasting - Sportclub - Sportbeoefenaar - Vergoeding - Reiskosten - Fiche 281.10 - Inhouding van de BV - Bezoldiging van werknemer - Beroepsinkomen - Reiskosten voor woon-werkverkeer
VRAAG (van de heer Wilrycx)
Veel sporters bij een amateursportclub krijgen een vaste vergoeding van hun club, waarvoor dan jaarlijks de fiche 281.10 wordt opgemaakt en waarvoor bedrijfsvoorheffing wordt ingehouden en doorgestort. Daarnaast krijgen zij soms een reiskostenvergoeding uitbetaald die de verplaatsingen dekt van en naar de training en de wedstrijden. Het gaat dan vaak om kotstudenten die in hun thuisgemeente de trainingen willen bijwonen.
Belastingcontroleurs beschouwen deze verplaatsingen vaak als woon-werkverkeer en de vergoedingen moeten dus ook op de fiches 281.10 worden vermeld. Vindt de minister dat terecht ?
Kan men hier wel spreken van woon-werkverkeer - amateurclubs hebben immers geen arbeidsovereenkomst met hun spelers - of gaat het hier veeleer om dienstverplaatsingen die van belastingen moeten worden vrijgesteld, op voorwaarde dat ze de vergoedingen niet te boven gaan die de overheid aan ambtenaren geeft ?
ANTWOORD (van de heer Vanackere, Vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken)
Een sportclub heeft een fiche 281.10 opgesteld en er werd bedrijfsvoorheffing ingehouden op de vaste vergoedingen aan de amateursportbeoefenaar. De betrokkene ontvangt dus een beroepsinkomen voor geleverde prestaties aan de club. Onder bezoldigingen van werknemers verstaat men alle beloningen die de werknemer krijgt voor zijn arbeid in dienst van een werkgever. Verplaatsingsvergoedingen van en naar de club moeten in die context worden aangezien als vergoedingen voor woon-werkverkeer en vallen dus onder het eigen belastingstelsel. Een bijverdienste als voetballer wordt niet anders behandeld dan gelijk welke andere bijverdienste.
CONCLUSIE ( van de heer Wilrycx)
De minister deelt dus de interpretatie van de fiscaal controleurs.