Parlementaire vraag nr. 12716 van de heer Delizée van 07.11.2006


Parlementaire vraag nr. 12716 van de heer Delizée dd. 07.11.2006


Beknopt Verslag, Kamercommissie Financiën, Com 1079, blz. 8-9

Co-ouderschap - Kinderen ten laste - Verdeling toeslag op belastingvrije som

VRAAG
De aanvraag, alsook de gezamenlijke ondertekening, die de gescheiden ouders die het gezamenlijk hoederecht over hun kinderen uitoefenen krachtens artikel 132bis van het WIB jaarlijks bij hun belastingaangifte moeten voegen teneinde de mogelijkheid te krijgen om de toeslag op de belastingvrije som voor kinderen ten laste onder elkaar te verdelen, moet elk jaar worden hernieuwd.
Zou men die verplichting om de aanvraag jaarlijks te hernieuwen niet beter afschaffen, gelet op de mogelijke verslechtering van de verstandhouding tussen de ouders?
Zou men voorts op grond van het arrest van het Arbitragehof van 12 januari 2005, waarin wordt gesteld dat het feit dat de toeslag op de belastingvrije som voor kinderen jonger dan drie jaar niet kan worden verdeeld, strijdig is met het gelijkheidsbeginsel, niet kunnen opwerpen dat andere fiscale voordelen, zoals de kosten voor kinderopvang, evenredig door de beide ouders mogen worden afgetrokken?
Dat arrest van het Arbitragehof heeft echter geen algemene draagwijdte. Volgens het Beroepsinstituut van Boekhouders dient de fiscus zijn standpunt te wijzigen, zo niet kan de belastingplichtige niet anders dan klacht indienen en eventueel naar een rechtbank stappen.
Kan een wijziging van het desbetreffende artikel van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen worden overwogen? Binnen welke termijn? Heeft uw departement contact opgenomen met de FOD Justitie, de Hoge Raad voor de Justitie of de Federatie van Notarissen teneinde na te denken over de mogelijkheid voor magistraten en notarissen om in echtscheidingsovereenkomsten en -vonnissen te vermelden wie in geval van co-ouderschap het fiscaal voordeel wegens kinderen ten laste zal genieten, opdat de billijkheid tussen de ouders daadwerkelijk zou zijn gewaarborgd?

ANTWOORD (van de heer Jamar, Staatssecretaris)
Ingevolge het arrest van het Arbitragehof van 12 januari 2005 heeft mijn departement dit vraagstuk onderzocht. Momenteel ligt bij de Raad van State een wetsontwerp voor dat weldra aan de commissie voor de Financiën zal worden bezorgd. De aanvraag zal niet langer jaarlijks hoeven te worden herhaald, maar zal door een eenvoudige vermelding op de belastingaangifte worden vervangen. Ik kan u nu reeds een uittreksel uit het ontwerp met de te vervullen voorwaarden bezorgen.

CONCLUSIE (van de heer Delizée)
Het gaat hier om menselijke situaties die mettertijd kunnen evolueren. Vaak is de noodzakelijke dialoog onmogelijk. In dit geval gaat het om administratieve rompslomp.