Artikel 147, WIB 92
Art. 147, eerste lid, 7° en 8°, en vierde lid, is van toepassing vanaf aanslagjaar 2023 (art. 4 en 9, W 17.03.2022 - B.S. 25.03.2022; Numac: 2022020530)
Op de overeenkomstig de artikelen 130 tot 145 bepaalde belasting met betrekking tot pensioenen en vervangingsinkomsten worden de volgende verminderingen verleend:
1° als het netto-inkomen uitsluitend uit pensioenen of andere vervangingsinkomsten bestaat: een basisvermindering van 1.148,93 euro (basisbedrag) en een aanvullende vermindering van 236,38 euro (basisbedrag);
2° als het netto-inkomen gedeeltelijk uit pensioenen of andere vervangingsinkomsten bestaat: een gedeelte van de in 1° bedoelde bedragen, welk gedeelte evenredig is met de verhouding tussen, enerzijds, het netto bedrag van de pensioenen en de andere vervangingsinkomsten en, anderzijds, het netto-inkomen met uitsluiting:
a) van het loon dat bij de nieuwe werkgever wordt verkregen of van het inkomen dat uit een nieuwe zelfstandige beroepsactiviteit wordt verkregen, in geval van het verkrijgen van een in artikel 31bis, eerste lid, 1°, tweede streepje, bedoelde aanvullende vergoeding;
b) van de activiteitsinkomsten, in geval van het verkrijgen door een belastingplichtige die de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt, van een wettelijk pensioen dat niet meer bedraagt dan 10.160 euro (basisbedrag) of in geval van het verkrijgen van een overlevingspensioen of van een overgangsuitkering;
c) van een gedeelte van de activiteitsinkomsten, in geval van het verkrijgen door een belastingplichtige die de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt van een wettelijk pensioen dat meer dan 10.160 euro (basisbedrag), maar niet meer dan 14.900 euro (basisbedrag) bedraagt.
3° (...)
4° (...)
5° (...)
6° (...)
7° als het netto-inkomen uitsluitend uit werkloosheidsuitkeringen bestaat: een basisvermindering van 1.148,93 euro (basisbedrag) en een aanvullende vermindering van 236,38 euro (basisbedrag);
8° als het netto-inkomen gedeeltelijk uit werkloosheidsuitkeringen bestaat: een gedeelte van de in 7° bedoelde bedragen, welk gedeelte evenredig is met de verhouding tussen het nettobedrag van de werkloosheidsuitkeringen, enerzijds en het netto-inkomen anderzijds;
9° als het netto-inkomen uitsluitend uit wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen bestaat: 1.541,69 euro (basisbedrag);
10° als het netto-inkomen gedeeltelijk uit wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen bestaat:
een gedeelte van het in 9° vermelde bedrag, welk gedeelte evenredig is met de verhouding tussen het nettobedrag van de wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen enerzijds en het netto-inkomen anderzijds.
Onder activiteitsinkomsten als bedoeld in het eerste lid, 2°, wordt verstaan de beroepsinkomsten verminderd met:
1° de in artikel 23, § 1, 5°, bedoelde inkomsten;
2° de vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van inkomsten.
Voor de toepassing van het eerste lid, 2°, c, wordt het gedeelte van de activiteitsinkomsten dat wordt uitgesloten uit het netto-inkomen bepaald naar de verhouding tussen, eensdeels, het verschil tussen 14.900 euro (basisbedrag) en het wettelijke pensioen en, anderdeels, het verschil tussen 14.900 euro (basisbedrag) en 10.160 euro (basisbedrag).
Wanneer voor een bepaald aanslagjaar de belasting op pensioenen en andere vervangingsinkomsten of op werkloosheidsuitkeringen na toepassing van deze afdeling niet tot nul is teruggebracht voor een belastingplichtige met een belastbaar inkomen dat gelijk is aan 10.160 euro (basisbedrag) en uitsluitend bestaat uit pensioenen en andere vervangingsinkomsten of uit werkloosheidsuitkeringen, verhoogt de Koning het in de in het eerste lid, 1° en 7°, vermelde bedragen van de aanvullende vermindering tot het bedrag dat nodig is om voor de voormelde belastingplichtige de belasting alsnog tot nul terug te brengen. Deze verhoogde bedragen zijn enkel van toepassing voor het betrokken aanslagjaar.