Parlementaire vraag nr. 21 van mevrouw Veerle Wouters van 14.12.2011

Parlementaire vraag nr. 21 van mevrouw Veerle Wouters dd. 14.12.2011

Vragen en Antwoorden, Kamer 2011-2012, nr. 49 van 17.01.2012, blz. 47

Personenbelasting

Inkomen van roerende goederen en kapitalen

Meldingsplicht van roerende inkomsten

Auteursrechten

Naburige rechten

VRAAG

In fiscale nieuwsbrieven wordt melding gemaakt dat volgens de administratie geen fiches 281.45 meer zouden moeten worden opgemaakt bij de uitbetaling van auteursrechten. De verplichting tot opmaak van de fiches 281.45 voor inkomstenjaar 2008 vloeide voort uit een bericht aan de schuldenaars van auteursrechten en naburige rechten (Zie : Belgisch Staatsblad van 9 december 2008).

1. Op welke wijze werd dit nieuwe standpunt zowel intern als extern gecommuniceerd door uw administratie ?

2. Wordt door het afschaffen van de verplichting tot opmaak van de fiches 281.45 het voortbestaan van de wet van 16 juli 2008 tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en tot instelling van een forfaitaire belastingregeling inzake auteursrechten en naburige rechten niet in gevaar gebracht zoals de minister verklaarde in het voormelde bericht ?

3. Op welke wijze kunnen de ambtenaren nagaan dat de belastingplichtigen die worden betaald door verschillende schuldenaars geen meermaals gebruik maken van het kostenforfait ?

4. a) Is het de bedoeling de controle te organiseren aan de hand van de fiches 273S met betrekking tot de ingehouden roerende voorheffing ?

b) Zo ja, beschikken de controlekantoren automatisch over deze gegevens?

c) Is de controle aan de hand van deze gegevens sluitend ?

5. Wat is de wettelijke basis tot opmaak van de fiches 281.45 aangezien de inkomsten van auteursrechten en naburige rechten niet zijn opgenomen in artikel 57 WIB 1992 ?

6. Zal de administratie afzien van de aanslag geheime commissielonen bepaald in artikel 219 WIB 1992 indien voor inkomstenjaar 2008 geen fiches werden opgemaakt ?

ANTWOORD (van de heer Vanackere, Vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken)

Ik kan het geachte lid vooreerst meedelen dat naar aanleiding van vragen over de individuele fiches 281.45 en de samenvattende opgaven 325.45 in het kader van de toepassing van artikel 17, § 1, 5°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) mijn administratie de betrokkenen ervan in kennis stelt dat vanaf het aanslagjaar 2010 de opmaak van die fiches en samenvattende opgaven een facultatief karakter heeft aangezien de indiening ervan niet verplicht werd gemaakt. Er wordt daarbij opgemerkt dat de webstek van de Federale Overheidsdienst Financiën (www.fiscus.fgov.be) enkel het Bericht aan de schuldenaars van auteursrechten en naburige rechten met betrekking tot de inkomsten 2008 vermeldt. Daarnaast ben ik ervan op de hoogte dat er verschillende problemen gerezen zijn naar aanleiding van de toepassing van de bepalingen van het voormeld artikel 17, § 1, 5°, WIB 92, inzonderheid wat betreft de controle op de toepassing van het wettelijk vastgelegde kostenforfait. In de huidige stand van zaken is het niet mogelijk om voor de controle van de juiste toepassing van de bedoelde bepalingen de gegevens van de aangifte in de roerende voorheffing 273S in een geautomatiseerd systeem op te nemen. Gelet op hetgeen voorafgaat ben ik van mening dat er, omwille van rechtszekerheid en om misbruiken te vermijden, een wettelijke basis nodig is voor het indienen van de bedoelde fiches en samenvattende opgaven. Dat sluit aan bij hetgeen mijn geachte voorganger heeft meegedeeld in punt 5, derde lid, van het Bericht aan de schuldenaars van auteursrechten en naburige rechten in de loop van het jaar 2008 (zie het Belgisch Staatsblad van 9 december 2008, blz. 65488). Ik zal de gespecialiseerde diensten van mijn administratie de opdracht geven om de nodige voorstellen aan mij voor te leggen om die problematiek op wetgevend vlak te regelen. In de huidige stand van de wetgeving omvatten de bepalingen van artikel 57, WIB 92, niet de inkomsten die zijn bedoeld in artikel 17, § 1, 5°, WIB 92. Bijgevolg zijn in dat geval de bepalingen van artikel 219, WIB 92, niet van toepassing.