Commentaar van art. 331, WIB 92
Art. 331, WIB 92
331/0 | |
331/1 | |
331/2 | |
331/3 | |
331/4 |
Nummer 331/0
Art. 331. - De aangiften inzake personenbelasting, vennootschapsbelasting of belasting van niet-inwoners zijn tegen de belastingplichtigen in te roepen voor de vaststelling van de vergeldingen of schadevergoedingen die zij voor om het even welke rechtsmacht vorderen van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de agglomeraties, de federaties van gemeenten, de gemeenten en andere Belgische openbare inrichtingen of instellingen, wanneer het bedrag van die vergeldingen of schadevergoedingen rechtstreeks of onrechtstreeks afhangt van het bedrag van hun winst of inkomsten.
Voor de toepassing van dit artikel is de administratie der belastingen ontheven van het beroepsgeheim en gehouden aan de met de betwisting belaste rechtsmacht aanslagbiljetten of een attest van niet-belastbaarheid te verstrekken over de laatste drie jaren die de schade waarvoor herstel wordt gevraagd voorafgaan.
Voor de toepassing van dit artikel wordt geen rekening gehouden met inkomstenwijzigingen welke door de belastingplichtige na het schadeverwekkend feit spontaan werden gedaan.
Nummer 331/1
Art. 331, WIB 92, heeft geen specifiek fiscaal karakter. Het beantwoordt aan een dubbel doel :
1° een einde maken aan de vroeger te dikwijls vastgestelde praktijk die erin bestond dat belastingplichtigen van de Staat, van de Gemeenschappen, van de Gewesten of van de ondergeschikte machten en van de Belgische openbare inrichtingen vergeldingen of schadevergoedingen eisten, die werden berekend op grond van inkomsten die hoger waren dan die waarmede voor het vestigen van de belastingen rekening werd gehouden;
2° daardoor zelf de belastingplichtigen aanzetten tot meer rechtzinnigheid in hun belastingaangiften.
Het moet worden vergeleken met art. 328, WIB 92, dat betrekking heeft op alle voordelen welke rechtstreeks of onrechtstreeks zijn gegrond op het bedrag van de inkomsten.
Nummer 331/2
Art. 331, WIB 92 is slechts van toepassing op de aanvragen tot schadeloosstelling of tot schadevergoeding ingediend bij "alle rechtsmachten" of "rechtscolleges" (voor het begrip "alle rechtscolleges", zie art. 327, WIB 92). Het is dus niet toepasselijk in geval van minnelijke schikking.
IV. TE VERSTREKKEN INLICHTINGEN
Nummer 331/3
Art. 331, 3e lid, WIB 92, bepaalt dat, voor de toepassing van dit artikel, geen rekening wordt gehouden met de inkomstenwijzigingen welke door de belastingplichtige na het schadeverwekkend feit spontaan worden gedaan.
Daarentegen mag rekening worden gehouden met de wijzigingen van de inkomstenbedragen die voor de in aanmerking te nemen aanslagjaren op initiatief van de aanslagambtenaren, zowel voor, als na het schadegeval, worden gedaan.
Het blijft, anderdeels, verstaan dat de administratie het recht behoudt de door haar reeds aan de betrokken rechtsmachten medegedeelde inkomsten eventueel, in de voorgeschreven vorm en binnen de bepaalde tijdperken, te verhogen en dat, in dergelijk geval, een verbeterende kennisgeving geboden is. Het is dus geraden in het aanslagdossier aantekening te houden van dergelijke mededelingen.
De beoogde bepaling doet bijgevolg geen afbreuk aan de toepassing van art. 358, WIB 92.
Nummer 331/4
De aanslagambtenaren worden ter zake ontheven van het beroepsgeheim en moeten aan de aanvraag gevolg geven, zelfs indien de belastingplichtige zich hiertegen verzet.