Artikel 310, WIB 92

Art. 310, vierde lid (ingevoegd), is van toepassing voor de belastbare tijdperken verbonden aan de aanslagjaren 2024 en volgende (art. 73 en 75, W 28.12.2023 - B.S. 29.12.2023; Numac: 2023048795)


Voor binnenlandse vennootschappen of aan de rechtspersonenbelasting onderworpen rechtspersonen, zomede voor belastingplichtigen die ingevolge de artikelen 246 en 247 aan de belasting van niet-inwoners zijn onderworpen, wordt de uiterste datum van indiening van de aangifte vastgesteld op de laatste dag van de zevende maand volgend op het afsluiten van het boekjaar. De aangifte dient te zijn gebaseerd op de goedgekeurde jaarrekening.

Bij de zonder vereffening ontbonden vennootschappen ten gevolge van een fusie, een aan een fusie gelijkgestelde verrichting of een splitsing, of een andere ontbinding zonder verdeling van het gehele maatschappelijke vermogen wordt de uiterste datum van indiening van de aangifte, na de goedkeuring van deze verrichting door de algemene vergaderingen van alle vennootschappen die tot de verrichting hebben beslist, vastgesteld op de laatste dag van de zevende maand volgend op de maand waarin de verrichting plaatsvond.

Voor de andere ontbonden ondernemingen, wordt de uiterste datum van indiening van de aangifte, na goedkeuring van ofwel de jaarrekening met betrekking tot het boekjaar dat eindigt door de ontbinding ofwel de vereffeningsrekeningen, vastgesteld op de laatste dag van de zevende maand volgend op de laatste dag van het tijdperk waarop de rekeningen betrekking hebben.

In afwijking van de eerste drie leden wordt de uiterste datum van indiening van de aangifte vastgesteld op 30 september van het jaar waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd, indien het belastbaar tijdperk van de betrokken vennootschap of rechtspersoon eindigt in de periode vanaf 31 december van het jaar voorafgaand aan het betrokken aanslagjaar tot en met de laatste dag van februari van het betrokken aanslagjaar.