Commentaar van art. 191, WIB 92
Art. 191, WIB 92
| 191/0 | |
| 191/1 | |
| 191/2 | |
| 191/3 |
Nummer 191/0
Art. 191. - De vennootschappen van huisvestigingskrediet die ingevolge artikel 216, 2°, aan een bijzonder belastingstelsel zijn onderworpen, worden van belasting vrijgesteld op de meerwaarden die zijn verwezenlijkt ter gelegenheid van een overdracht van in België gelegen ongebouwde onroerende goederen.
Nummer 191/1
Een totale, onvoorwaardelijke en definitieve vrijstelling wordt verleend voor meerwaarden die met ingang van 1.11.1966 op in België gelegen ongebouwde onroerende goederen worden verwezenlijkt door vennootschappen voor huisvesting die aan het bijzonder belastingtarief van art. 216, 2°, WIB 92 zijn onderworpen (zie 191/2).
Nummer 191/2
De in 191/1 bedoelde vennootschappen die aan het bijzonder belastingtarief van 5 % als bedoeld in art. 216, 2°, WIB 92 zijn onderworpen, zijn de in art. 56, § 2, 2°, j, WIB 92, vermelde vennootschappen voor huisvesting (eveneens opgesomd in 216/7), d.w.z. :
1° de Nationale Maatschappij voor de Huisvesting;
2° de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij;
3° de Société régionale Wallonne du logement;
4° de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij;
5° de Nationale Landmaatschappij;
6° de Vlaamse Landmaatschappij;
7° de door voormelde instellingen erkende maatschappijen;
8° de coöperatieve vennootschappen "Woningfonds van de Bond der Kroostrijke gezinnen van België", "Vlaams Woningfonds van de grote gezinnen", "Fonds du Logement de la Ligue des familles nombreuses de Belgique", "Fonds du logement des familles nombreuses de Wallonie" en "Woningfonds van de gezinnen van het Brusselse Gewest";
9° de door de ASLK - Bank erkende naamloze of coöperatieve vennootschappen die uitsluitend ten doel hebben leningen toe te staan voor het bouwen, het aankopen of het inrichten van sociale woningen, kleine landeigendommen of daarmee gelijkgestelde woningen, of voor de uitrusting daarvan met geschikt meubilair.
Nummer 191/3
De in 191/1 bedoelde meerwaarden, die in de winst van een belastbaar tijdperk begrepen zijn, worden samen met de "Andere niet-belastbare bestanddelen" in de derde bewerking van die winst afgetrokken (zie 199/24); ze worden niet in de opgave 328 S ingeschreven.