Parlementaire vraag nr. 288 van de heer Vincent Scourneau van 21.04.2015

Parlementaire vraag nr. 288 van de heer Vincent Scourneau dd. 21.04.2015

Kamer, Vragen en Antwoorden, 2014-2015 – QRVA 54/036 dd. 03.08.2015, blz. 27

Taxshelter voor de filmindustrie

VRAAG (van de heer Scourneau)

De nieuwe taxshelterregeling werd ingevoerd bij de wet van 12 mei 2014 (Belgisch Staatsblad, 27 mei 2014) en werd per 1 januari 2015 van kracht. In dat verband bepaalt artikel 194ter, § 11, derde lid van het Wetboek van de inkomstenbelastingen (WIB 1992) dat de bepalingen die vervat zijn in de twee voorafgaande leden, geen afbreuk doen aan het recht van de in aanmerking komende investeerder om aanspraak te maken op een eventuele aftrek als beroepskosten van de andere bedragen dan degene die in het kader van de raamovereenkomst gestort zijn en die evenzeer betrekking hebben op de productie van een in aanmerking komend werk, en dit binnen de voorwaarden bepaald door artikelen 49 en volgende van het WIB 1992.

1. Is dat artikel van toepassing op product placement?

2. Zo ja, vormt gratis product placement een voordeel van alle aard en hoe wordt het bedrag van het voordeel bepaald?

ANTWOORD (van de Minister van Financiën)

Zoals het geachte lid vermoedt, wordt ook de "productplaatsing" beoogd door de bepalingen van artikel 194ter, § 11, derde lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) en kan die, in voorkomend geval, als een aftrekbare beroepskost worden aangemerkt in hoofde van de investeerder. Indien een dergelijke plaatsing kosteloos wordt toegestaan, kan die voor de toepassing van de bepalingen van het WIB 92, als een abnormaal of goedgunstig voordeel worden gekwalificeerd voor de werkelijke waarde bij de verkrijger.