Artikel 22, WIB 92

Art. 22, § 1, eerste lid, is van toepassing 10 dagen na publicatie van de wet in het Belgisch Staatsblad (08.01.2024) (art. 29, W 22.12.2023 - B.S. 29.12.2023; Numac: 2023048700)


§ 1. Onder netto-inkomen van roerende goederen en kapitalen wordt het bedrag verstaan dat in enige vorm is geïnd of verkregen, vóór aftrek van de innings- en bewaringskosten en van andere soortgelijke kosten, en verhoogd met de roerende voorheffing en met de fictieve roerende voorheffing.

Behalve indien dat inkomen ingevolge artikel 171, 2°bis, 3° en 3°quater tot 3°septies, afzonderlijk wordt belast, wordt het verminderd met de desbetreffende innings- en bewaringskosten en andere soortgelijke kosten.

§ 2. Interest van schulden aangegaan om inkomsten van roerende goederen en kapitalen te verkrijgen of te behouden is niet aftrekbaar.

§ 3. Onverminderd de toepassing van het bepaalde in § 2, wordt onder netto-inkomen van in artikel 17, § 1, 3°, bedoelde verhuring, verpachting, gebruik en concessie van roerende goederen en in artikel 17, § 1, 5°, bedoelde overdracht of verlening van een licentie van auteursrechten en naburige rechten, alsook wettelijke en verplichte licenties die bij wet zijn geregeld het brutobedrag verstaan, verminderd met de kosten die zijn gedragen om die inkomsten te verkrijgen of te behouden; bij gebrek aan bewijskrachtige gegevens worden die kosten forfaitair geraamd volgens percentages die de Koning bepaalt.