Parlementaire vraag nr. 505 van de heer Steven Matheï van 24.06.2021

Kamer, Vraag en Antwoord, 2020-2021, QRVA 55/060 d.d. 24.07.2021, blz. 167

Aangifte langstlevende echtgenoot.

VRAAG (van de heer Matheï)

Artikel 126, § 1 van het WIB92 bepaalt dat in geval van huwelijk of wettelijke samenwoning een gemeenschappelijke aanslag op naam van de beide echtgenoten wordt gevestigd. Deze gemeenschappelijke aanslag belet niet dat het belastbare inkomen van elke echtgenoot afzonderlijk wordt vastgesteld. Artikel 126, § 2, eerste lid, 3° van het WIB92 bepaalt dat dit niet van toepassing is voor het jaar van de ontbinding van het huwelijk of van de scheiding van tafel en bed of van de beëindiging van de wettelijke samenwoning.

Wanneer er sprake is van een ontbinding van het huwelijk of wettelijke samenwoning door een overlijden kan de overlevende echtgenoot voor het jaar van de ontbinding alsnog kiezen voor een gemeenschappelijke aanslag. In dat geval wordt de aanslag gevestigd op naam van de overlevende en de overleden echtgenoot, vertegenwoordigd door de nalatenschap (artikel 126, § 1 van het WIB92).

In de aangifte in de personenbelasting dient te worden aangevinkt of men kiest voor één gemeenschappelijke aanslag (codes 1012-55 en 1025-42), dan wel voor twee afzonderlijke aanslagen (codes 1013-54 en 1026-41). Het is de belastingplichtige die zelf moet uitmaken en berekenen wat de meest voordelige optie is. Voor vele belastingplichtigen is dit een moeilijke opgave waardoor er vaak geen keuze wordt gemaakt en er automatisch een afzonderlijke aanslag wordt gevestigd.

Overweegt de administratie om in de toekomst zelf te berekenen wat de meest gunstige aanslag is voor de overlevende echtgenoot en daarna deze aanslag te versturen? Zo ja, vanaf wanneer zal de administratie deze werkwijze toepassen? Zo nee, waarom niet?

ANTWOORD (van de Minister van Financiën)

Voorlopig kan de administratie deze keuze niet zelf maken. Het is de langstlevende echtgenoot of de langstlevende wettelijk samenwonende partner die zijn keuze kenbaar moet maken door in zijn aangifte het vakje van code 1013 of code 1012 (vak II) in te vullen. Wanneer de langstlevende echtgenoot of wettelijk samenwonende partner zijn keuze niet kenbaar maakt, zal de administratie twee afzonderlijke aanslagen vestigen. Om de voordeligste keuze te maken, kan hij het TaxCalc berekeningsprogramma gebruiken of contact opnemen met zijn bevoegde centrum.

In Taxcalc beoordeelt de belastingplichtige zelf wat voor hem de meest voordelige situatie is. Wanneer de belastingplichtige naar een centrum gaat om deze simulatie te maken, is het de agent die de bedragen in de toepassing invoert en de drie berekeningen aan de belastingplichtige bezorgt.

De administratie kan zich enkel baseren op de fiscale gegevens waarvan zij op de hoogte is, wetende dat andere overwegingen een rol kunnen spelen, zoals de keuze van de belastingplichtige die uitsluitend gebaseerd is op emotionele overwegingen of zijn vermogenssituatie, waardoor deze keuze voor hem niet altijd de meest gunstige oplossing is.

Uit de eerste analyses die door mijn administratie zijn uitgevoerd, bleek dat voor het verstrekken van de meest voordelige berekening zeer belangrijke technische ontwikkelingen nodig zouden zijn. De haalbaarheid van een dergelijke maatregel zal dan ook moeten worden onderzocht in het meer algemene kader van de verbetering van de vooraf invulling van VVA's en aangiften in Tax-on-web, en de daaruit voortvloeiende prioriteiten.