Parlementaire vraag nr. 5-873 van de heer Bert Anciaux van 27.01.2011
Parlementaire vraag nr. 5-873 van de heer Bert Anciaux dd. 27.01.2011
Vennootschapsbelasting
Personenbelasting
Fiscaal aftrekbare giften
Erkenningsvoorwaarde
Erkende instelling
Aftrekbare besteding
VRAAG (van de heer Anciaux)
Een gift voor een goed doel geeft onder bepaalde voorwaarden recht op fiscale aftrekbaarheid. Zo gaat het over een minimumbedrag van dertig euro, eventueel gespreid over een jaar en ten gunste van een en dezelfde organisatie die daarvoor een erkenning geniet. De maximale omvang van deze giften met fiscaal voordeel, mag de 10 % van het totale netto inkomen niet overschrijden. Uiteraard mag men meer wegschenken, maar zonder fiscaal aftrekbaarheid. De begunstigde en dus erkende organisatie reikt na afloop van het kalenderjaar een fiscaal attest uit, als bewijs van de gift. Het hoeft weinig betoog dat dit systeem voor de meeste " erkende " organisaties een belangrijke bron van inkomsten betekent.
Ik heb daarbij de volgende vragen:
1) Aan welke voorwaarden moeten organisaties voldoen om erkend te worden? Hoe worden deze criteria gecontroleerd, via welke procedure, en wie beslist over de verstrekking van deze erkenning? Worden de gemeenschappen hierbij betrokken? Zo ja, hoe? Zo neen, waarom niet?
2) Voor welk totaalbedrag worden er attesten uitgereikt, per jaar en voor de voorbije jaren sinds 2006? Hoe evolueerde dit bedrag tijdens deze periode, hoe duidt de minister deze evolutie?
3) Hoeveel inkomsten derft de Staat door deze fiscale vrijstellingen, per jaar sinds 2006?
4) Hoeveel organisaties genieten deze erkenning op dit moment? Hoe evolueerde deze lijst kwantitatief en kwalitatief sinds 2006? Hoe evalueert en duidt hij deze evoluties?
5) Worden de erkenningsvoorwaarden en -criteria regelmatig geëvalueerd en bijgestuurd, bijvoorbeeld uitgebreid of ingeperkt? Zo ja, hoe evolueerden deze voorwaarden en criteria en waarom gebeurden deze wijzigingen? Zo neen, waarom niet?
6) Worden deze organisaties regelmatig geëvalueerd en gecontroleerd of ze nog aan de voorwaarden voldoen? Hoeveel organisaties verloren er de afgelopen vijf jaren hun erkenning en om welke redenen?
7) Bestaat er een omvattende evaluatie van dit systeem? Zo ja, kan hij de resultaten hiervan vrijgeven en duiden? Zo neen, plant hij hieromtrent een concrete aanpak of beoordeelt hij een evaluatie hiervan niet prioritair?
8) Kan hij mij vertellen hoeveel men kan terugvorderen van de gift door middel van een fiscaal attest? Hoeveel inkomsten loopt de Staat hierdoor mis (per jaar voor de afgelopen vijf jaar)?
ANTWOORD (van de heer Reynders, Vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen)
1. De voorwaarden waaraan instellingen moeten voldoen om te kunnen worden erkend als instelling bedoeld in artikel 104, 3° tot 5°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB92), worden opgesomd in de artikelen 57 tot en met 60 van het koninklijk besluit tot uitvoering van dat wetboek (KB/WIB92).
Welke instellingen kunnen worden erkend, welke de erkenningsvoorwaarden zijn en welke procedure zij moeten volgen om een erkenning te vragen, is terug te vinden op de website van de Federale Overheidsdienst Financiën, www.minfin.fgov.be, Administraties, Belastingen en Invordering, Ondernemings- en inkomensfiscaliteit, Sector directe belastingen, Giften, Instellingen.
De beslissing over een erkenningsaanvraag wordt genomen:
- ofwel door middel van een koninklijk besluit na het inwinnen van het advies van de terzake bevoegde minister (voor instellingen bedoeld in artikel 104, 3°, d en j, WIB92);
- ofwel via een gezamenlijke beslissing van de Minister van Financiën en de medebevoegde minister die aan de instelling wordt betekend door de Minister van Financiën (voor instellingen bedoeld in artikel 104, 3°, b, e, i, l, 4°, 4°bis, WIB92);
- ofwel door de Minister van Financiën (voor instellingen bedoeld in artikel 104, 3°, g en k, WIB92).
2.
Kalenderjaar | Totaal bedrag giften waarvoor een attest werd uitgereikt |
2006 | 196 446 195,01 euro |
2007 | 210 946 772,04 euro |
2008 | 220 643 399,87 euro |
2009 | 203 965 711,68 euro |
3. De geraamde budgettaire kost inzake de aftrekbaarheid van giften voor de aanslagjaren 2005 tot 2009, is opgenomen in de onderstaande tabel.
Voor aanslagjaar 2010 (inkomstenjaar 2009) zijn er nog geen representatieve statistieken beschikbaar, aangezien de inkohieringen voor dit aanslagjaar nog volop aan de gang zijn.
Geraamde budgettaire impact inzake de aftrek van giften (in miljoen euro). | |||||
Aanslagjaar. | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 |
Inkomstenjaar. | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 |
58 | 69 | 61 | 66 | 66 |
4.
Kalenderjaar | Aantal erkende instellingen via een hernieuwbare erkenning |
2006 | 1 809 |
2007 | 1 810 |
2008 | 1 808 |
2009 | 1 826 |
2010 | 1 806 |
5. Artikel 104, WIB92 en de artikelen 57 tot en met 60, KB/WIB92 werden sinds 1992 diverse malen gewijzigd.
De definitieve teksten en alle wijzi-gingen kunnen worden teruggevonden op de internetsite van de Federale overheidsdienst Financiën www.fisconetplus.be, onder Fisca-liteit, Inkomstenbelastingen,
Wetgeving en reglementering
- Wetboeken - Wetten, Wetboek van de inkomstenbe-lastingen 92, WIB92, Art. 104 - 111
- Koninklijke besluiten, Koninklijk besluit tot uitvoering van het WIB92, KB/WIB92, Art. 57-60
Administratieve richtlijnen en commentaren
- Commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (Com.IB92), Personenbelasting, Afdeling VI Aftrekbare bestedingen, Artikel 104, Giften aan bepaalde instellingen, (nrs. 104/61 tot 104/133).
6. Ten laatste op 31 juli van ieder jaar moet de taxatiedienst die belast is met het nazicht van het belastingdossier van een erkende instelling nagaan of die instelling nog steeds de voor haar erkenning gestelde voorwaarden naleeft.
Indien aan één of andere van die voorwaarden niet meer is voldaan of indien bij het onderzoek van een aanvraag blijkt dat de betrokken instelling zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige fouten of tekortkomingen, moet de bevoegde Dienstchef daarover zonder verwijl omstandig verslag uitbrengen bij de Centrale diensten van de Algemene administratie van de FISCALITEIT (cf. Com.IB92, nrs. 104/98-99).
De administratie beschikt niet over statistische gegevens die toelaten het tweede deel van de vraag te beantwoorden.
7. In 2002 werd een Contactgroep-Giften opgericht die als opdracht had de knelpunten in verband met de belastingaftrek van giften en de erkenningsprocedure te inventariseren, te onderzoeken en voorstellen te formuleren om die knelpunten op te lossen. Het resultaat ervan is terug te vinden op de in vraag 1 vermelde internetsite onder Giften Rapport Contactgroep.
8. Voor natuurlijke personen zijn in artikel 104, WIB92 vermelde giften een aftrekbare besteding, wat betekent dat het werkelijk fiscaal voordeel varieert tussen 0 % en 50 % van de gedane giften.
Voor de vennootschappen situeert dit werkelijk fiscaal voordeel zich tussen 0 % en 33,99 % van de gedane giften.
Wat betreft de budgettaire kost van de aftrek van giften, verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 3.