Artikel 46, KB/WIB 92

Art. 46 is van toepassing vanaf 23.04.2010 (art. 2, KB 06.04.2010 – B.S. 13.04.2010; Numac: 2010003220)

§ 1. Voor elk van de belastbare tijdperken waarvoor de toekenning of het behoud van de vrijstelling wordt gevraagd, moeten de belastingplichtigen aan hun aangifte in de inkomstenbelastingen, per soort van vrijstelling, een nominatieve opgave toevoegen, waarvan het model door de Minister van Financiën of zijn gedelegeerde wordt vastgelegd.

§ 2. (...)

§ 3. Betreffende de betrekking van diensthoofd voor de uitvoer, moeten de belastingplichtigen voor elk belastbaar tijdperk waarvoor de toekenning of het behoud van de vrijstelling wordt gevraagd, een attest op naam verstrekken van het Agentschap voor Buitenlandse Handel, waarvan het model en de toekenningsvoorwaarden worden vastgelegd door de Minister die de Buitenlandse Handel onder zijn bevoegdheid heeft.

§ 4. Betreffende de betrekking van diensthoofd van de dienst Integrale kwaliteitszorg, moeten de belastingplichtigen, voor elk belastbaar tijdperk waarvoor de toekenning of het behoud van de vrijstelling wordt gevraagd, een attest op naam verstrekken, hetzij van de Minister die de Economische Zaken onder zijn bevoegdheid heeft of van zijn gedelegeerde, hetzij van de Minister die de Middenstand onder zijn bevoegdheid heeft of van zijn gedelegeerde voor de ondernemingen met minder dan 50 werknemers. Het model en de toekenningsvoorwaarden van het attest worden door de voormelde Ministers vastgelegd.

§ 5. De in §§ 3 en 4 bedoelde attesten, moeten bij de bevoegde Minister of dienst op straffe van verval worden aangevraagd binnen de drie maanden te rekenen vanaf de laatste dag van het belastbare tijdperk. De belastingplichtigen moeten deze attesten voorleggen, hetzij tot staving van hun aangifte in de inkomstenbelastingen, hetzij, zo dit niet mogelijk is, binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf de datum van verzending van deze attesten.