Parlementaire vraag nr. 38 van mevrouw Veerle Wouters van 13.09.2010

Parlementaire vraag nr. 38 van mevrouw Veerle Wouters dd. 13.09.2010

Kwalificatie van inkomsten

Apotheker

Winst

Baat

Administratieve commentaar

VRAAG

Volgens artikel 23/74 van de Commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 moet voor de kwalificatie van de beroepsinkomsten als winst of baten een onderscheid gemaakt worden naargelang de werkzaamheid van de zelfstandige apotheker:

- ofwel uitsluitend op de geneeskunde is gericht, in welk geval hij wordt beschouwd een vrij beroep uit te oefenen en dus zijn beroepsinkomsten kwalificeren als baten;

- ofwel in welke mate ook gepaard gaat met handelswerkzaamheden, in welk geval alle inkomsten uit de werkzaamheid van apotheker als winst worden aangezien. Sinds 1 april 2010 zijn apothekers geen verkopers meer van geneesmiddelen. De kern van de hervorming van het apothekersberoep is dat een apotheker niet langer betaald wordt voor zijn handelsactiviteit maar voor zijn intellectuele inbreng. Hij wordt voortaan vergoed met een honorarium per geneesmiddel en niet meer met een winstmarge.

1. Wanneer een apotheker voortaan in hoofdzaak een intellectuele prestatie verricht in plaats van producten verkoopt, dienen zijn beroepsinkomsten vanaf 1 april 2010 niet veeleer gekwalificeerd te worden als baten dan als winst?

2. Dient door de inwerkingtreding van de nieuwe vergoedingswijze van apothekers bij het koninklijk besluit van 16 maart 2010 tot vaststelling van de honoraria voor de aflevering van een vergoedbare farmaceutische specialiteit in een voor het publiek opengestelde apotheek, de indeling volgens de Com.IB92 niet te worden herzien?

ANTWOORD

1. De hoedanigheid van handelaar vloeit voort uit het herhaaldelijk en gewoonlijk stellen van daden van koophandel die zijn opgesomd in de artikelen 2 en 3 van het Wetboek van koophandel. Daarentegen worden geacht een vrij beroep uit te oefenen, de personen die in het kader van een zelfstandige beroepswerkzaamheid daden (zonder handelskarakter) stellen van louter of hoofdzakelijk intellectuele aard. Het is aan de hand van de voormelde regels dat wordt uitgemaakt of de door een belastingplichtige behaalde beroepsinkomsten moeten worden gerangschikt onder de in artikel 23, § 1, 1°, van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) beoogde winst of onder de in artikel 23, § 1, 2°, WIB 92 beoogde baten. Wat het nieuwe vergoedingssysteem voor apothekers betreft, wordt vooreerst opgemerkt dat dit nieuwe systeem enkel van toepassing is op vergoedbare geneesmiddelen, waarbij de vergoeding voor de apotheker bestaat uit een economische marge, een basishonorarium per aflevering en verscheidene honoraria voor specifieke farmaceutische zorgen. Daarbij zitten de economische marge en het basishonorarium vervat in de verkoopprijs van het geneesmiddel. Aangezien de apotheker deze vergoedbare geneesmiddelen voortdurend aan- en verkoopt, stelt hij nog steeds daden van koophandel in de zin van artikel 2 van het Wetboek van koophandel; ingevolge artikel 2bis van hetzelfde Wetboek worden dergelijke aan- en verkopen evenwel niet als daden van koophandel beschouwt voor zover de apotheker uitsluitend op de geneeskundige gerichte producten aan- en verkoopt. In de praktijk zullen de meeste apothekers bij voortduring als handelaars worden beschouwd, aangezien ze naast de op de geneeskunde gerichte producten eveneens parafarmaceutische producten zoals schoonheidsmiddelen, toiletartikelen, enzovoort, aan- en verkopen.

2. De bepalingen van de nrs. 23/74 en 23/75 van de administratieve commentaar op het WIB 92 blijven dus onverminderd van toepassing.