Artikel 257, KB/WIB 92

Art. 257 is van toepassing vanaf 01.01.2009 (art. 7 en 9, KB 06.04.2010 - B.S. 13.04.2010; Numac: 2010003220)

Opdat de tussenkomst van de werkgever in het kader van een PC-privé-plan in aanmerking kan komen voor de vrijstelling als bedoeld in artikel 38, eerste lid, 17°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals het bestond alvorens te zijn vervangen bij de wet van 6 mei 2009, moeten de volgende voorwaarden zijn vervuld:

1. het aanbod van de werkgever waarmee hij zich ertoe verbindt om tussen te komen in de aankoopprijs van een geheel van PC, randapparatuur en printer, internetaansluiting en internetabonnement, alsook de voor de bedrijfsvoering dienstige software, wordt beschreven in het PC-privé-plan;

2. de voorwaarden die in het plan zijn opgenomen moeten gelijk en niet-discriminerend zijn voor alle werknemers of een bijzondere categorie ervan;

3. de minimumvoorwaarden waaraan het plan moet voldoen zijn de volgende:

a) het plan moet de beschrijving geven van het geheel van PC, randapparatuur en printer, internetaansluiting en internetabonnement, alsook de voor de bedrijfsvoering dienstige software;

b) het plan bepaalt dat het de werknemer vrij staat het geheel of slechts een gedeelte van het beschreven materieel te kiezen;

c) de tussenkomst van de werkgever moet per onderdeel van het aanbod worden opgegeven;

d) de tussenkomst kan enkel geschieden bij aankoop van materieel in nieuwe staat;

e) de tussenkomst door de werkgever geschiedt tegen afgifte van een door de werknemer eensluidend verklaard afschrift van de aankoopfactuur of van het aankoopbewijs op naam van de werknemer;

f) wat de materiëlen betreft, die een werknemer voorheen in het kader van een PC-privé-plan heeft aangeschaft, moet het plan bepalen dat slechts in de loop van het derde jaar volgend op het jaar van aanschaf opnieuw mag worden ingegaan op een aanbod van de werkgever.