Artikel 321decies, WIB 92
Art. 321decies treedt in werking op 01.01.2023 (art. 10 en 18, W 21.12.2022 - B.S. 30.12.2022; Numac: 2022043134)
[Deze wet regelt de verplichtingen van de exploitanten van digitale platformen en van de FOD Financiën inzake de inlichtingen die moeten worden meegedeeld aan een bevoegde autoriteit van een ander rechtsgebied in het kader van een automatische gegevensuitwisseling met betrekking tot de handelingen gerealiseerd door de tussenpersoon-digitaal platform, overeenkomstig de Richtlijn (EU) 2021/514 van de Raad van 22 maart 2021 tot wijziging van Richtlijn 2011/16(EU) betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen of overeenkomstig artikel 6 van de Gezamenlijke overeenkomst tussen de Raad van Europa en de OESO van 25 januari 1988 inzake wederzijdse administratieve bijstand in fiscale aangelegenheden.
Deze wet verzekert eveneens de omzetting van de Richtlijn (EU) 2021/514 van de Raad van 22 maart 2021 tot wijziging van Richtlijn 2011/16(EU) betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen (art. 1, § 2, W 21.12.2022 - B.S. 30.12.2022; Numac: 2022043134)]
De rapporterende platformexploitanten bewaren de in artikel 321quinquies, § 9, beoogde registers en de overeenkomstig artikelen 321quinquies en 321sexies verkregen en verstrekte persoonsgegevens gedurende de bewaartermijn van de boeken en documenten vastgesteld in de artikelen 315 en 315bis. In voorkomend geval worden deze gegevens na deze periode bewaard indien dit noodzakelijk is voor de behandeling van een geschil.
De belastingadministratie bewaart de persoonsgegevens die haar zijn verstrekt overeenkomstig artikel 321sexies voor de periode waarin zij, krachtens de artikelen 333 en 354, de belasting kan vestigen en onderzoeken kan instellen. In voorkomend geval worden deze gegevens na deze periode bewaard indien dit noodzakelijk is voor de behandeling van een geschil.
In afwijking van het eerste lid, bewaart, wanneer bij het verstrijken van de rapportageperiode een verkoper wordt beschouwd als uitgesloten, de platformexploitant niet langer dan 36 maanden, voorzien door artikel 321quinquies, § 6, derde lid, a), de gegevens die enkel bestemd waren ter mededeling van de Belgische bevoegde autoriteit.