Commentaar van art. 44ter, WIB 92 (bijwerking)

Bijwerking Com.IB 92 d.d. 02.01.2018

TITEL II: PERSONENBELASTING

HOOFDSTUK II: GRONDSLAG VAN DE BELASTING

Afdeling IV: Beroepsinkomen

Onderafdeling II: Vrijgestelde inkomsten

C. Meerwaarden

Art. 44ter, WIB 92

INHOUDSTAFEL

VOORWOORD

44ter/0

I. WIB 92

44ter/1

II. KB/WIB 92

44ter/2

III. INLEIDING

44ter/3

IV. TOEPASSINGSVOORWAARDEN

A. In aanmerking komende meerwaarden

44ter/6

B. Herbelegging

1. Aard van herbelegging

44ter/9

2. Ecologische normen

44ter/11

3. Beperking

44ter/12

4. Herbeleggingstermijn

44ter/15

5. Gebrek aan herbelegging

44ter/16

C. Opgave 276 P

44ter/17

D. Onaantastbaarheidsvoorwaarde

44ter/18

E. Onverenigbaarheid met gespreide taxatie

44ter/19

VOORWOORD

44ter/0

Deze bijwerking heeft betrekking op art. 44ter, WIB 92, zoals het van toepassing is voor het aj. 2017. Het is van kracht in deze versie voor de meerwaarden die zijn verwezenlijkt vanaf 01.01.2007 en voor zover de datum van de verwezenlijking ten vroegste betrekking heeft op het belastbare tijdperk dat aan aj. 2008 verbonden is (art. 108, W 25.04.2007 – BS 08.05.2007 en art. 2, KB 11.05.2007 – BS 24.05.2007) behalve § 2, 4°, dat van toepassing is op de meerwaarden gerealiseerd vanaf 01.01.2009 en voor zover de datum van verwezenlijking ten vroegste betrekking heeft op het belastbaar tijdperk dat verbonden is aan het aj. 2010 (art. 50, W 06.05.2009 – BS 19.05.2009).

I. WIB 92

44ter/1

§ 1. De meerwaarden die in de in het tweede lid bedoelde omstandigheden op voor de commerciële vaart bestemde binnenschepen zijn verwezenlijkt, worden volledig vrijgesteld wanneer een bedrag dat gelijk is aan de verkregen schadevergoeding of de verkoopwaarde wordt herbelegd op de wijze en binnen de termijn als hierna gesteld.

De meerwaarden moeten zijn verwezenlijkt :

1° naar aanleiding van een schadegeval, een opeising in eigendom of een andere gelijkaardige gebeurtenis, of

2° bij een niet in het 1° vermelde vervreemding van binnenschepen die bestemd zijn voor de commerciële vaart, voorzover deze sedert meer dan vijf jaar vóór de vervreemding ervan de aard van vaste activa hadden.

Onder binnenschepen die bestemd zijn voor de commerciële vaart moet worden verstaan :

1° vaartuigen die worden aangewend voor goederen- of personenvervoer, zowel voor eigen rekening als voor rekening van derden;

2° vaartuigen die worden aangewend voor het duwen van binnenvaartuigen, zowel voor eigen rekening als voor rekening van derden.

§ 2. De herbelegging moet gebeuren in binnenschepen die :

1° beantwoorden aan de ecologische normen die door de Koning zijn bepaald, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad;

2° bestemd zijn voor de commerciële vaart;

3° in België voor het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid worden gebruikt;

4° gelijktijdig beantwoorden aan minstens twee van de volgende voorwaarden, met uitzondering van de binnenschepen met een maximum tonnenmaat van 1 500 ton die uitsluitend aan de in a) hierna bedoelde voorwaarde moeten voldoen:

a) van een recenter bouwjaar zijn - minstens 5 jaar - dan het vaartuig waarop de meerwaarde betrekking heeft;
b) minstens 25 % meer laadvermogen of, in het geval van een duwboot, 25 % meer motorvermogen hebben dan het vaartuig waarop de meerwaarde betrekking heeft;
c) maximum twintig jaar in gebruik zijn.

§ 3. De herbelegging moet uiterlijk bij de stopzetting van de beroepswerkzaamheid gebeuren en binnen een termijn :

1° die verstrijkt vijf jaar na het einde van het belastbare tijdperk waarin de schadeloosstelling is ontvangen, voor in § 1, tweede lid, 1°, bedoelde meerwaarden;

2° van vijf jaar te rekenen van de eerste dag van het belastbaar tijdperk waarin de meerwaarde is verwezenlijkt of van de eerste dag van het voorlaatste belastbaar tijdperk dat het belastbaar tijdperk voorafgaat tijdens hetwelk de meerwaarde is verwezenlijkt, voor in § 1, tweede lid, 2°, bedoelde meerwaarden.

§ 4. Om de in § 1, eerste lid, vermelde vrijstelling te kunnen genieten, moet de belastingplichtige bij zijn aangifte in de inkomstenbelastingen vanaf het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk tijdens hetwelk de meerwaarde is verwezenlijkt en tot het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk waarin de herbeleggingtermijn is verstreken, een opgave voegen waarvan het model door de minister van Financiën of zijn afgevaardigde wordt vastgesteld.

§ 5. Indien niet wordt herbelegd op de wijze en binnen de termijnen die bij §§ 2 en 3, zijn bepaald, wordt de verwezenlijkte meerwaarde aangemerkt als een inkomen van het belastbare tijdperk waarin de herbeleggingstermijn verstreken is. In dat geval is artikel 47 niet van toepassing.

II. KB/WIB 92

Afdeling VIIIter – Vrijstelling van de meerwaarden gerealiseerd op bepaalde binnenvaartuigen

44ter/2

Art. 21 KB/WIB - § 1. Opdat de meerwaarden verwezenlijkt op binnenschepen bestemd voor de commerciële vaart als bedoeld in artikel 44ter van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992, de vrijstelling verkrijgen waarin dat artikel voorziet, moeten de binnenschepen bestemd voor de commerciële vaart die zijn verkregen via herbelegging, beantwoorden aan één van de volgende ecologische normen :

1° het binnenschip is uitgerust met een typegoedgekeurde voortstuwingsmotor conform het Reglement betreffende het Onderzoek van Rijnschepen of het koninklijk besluit van 5 december 2004 houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines;

2° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire technische inrichting ter voorkoming van het uitstromen van brandstof aan boord bij het vullen van de brandstoftanks;

3° het binnenschip is uitgerust met een actieve boegbesturing, bedienbaar vanuit het stuurhuis;

4° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire radar en een éénmansradarstuurstand;

5° het binnenschip is uitgerust met een schroefasafdichting die het instromen van water of smeermiddelen in het schip onmogelijk maakt en het uitstromen van waterverontreinigende smeermiddelen vermijdt;

6° het binnenschip is zodanig gebouwd of aangepast dat de bodem en de wanden van de ruimen bestaan uit gladde stalen oppervlakten, waarbij de spanten zich niet in het ruim bevinden.

§ 2. Zodra één van de alternatieve voorwaarden genoemd in § 1 een verplichte norm wordt, moet het binnenschip aan minstens één van de andere alternatieve voorwaarden voldoen om als geldige wederbelegging in aanmerking te kunnen komen.

§ 3. De in § 1 vastgestelde ecologische normen moeten worden verantwoord door een vermelding ervan in de verplichte technische certificaten of door een verklaring van een klasseringmaatschappij.

III. INLEIDING

44ter/3

De Belgische binnenvaartsector bestaat voornamelijk uit kleine ondernemingen. Het merendeel van de in België gevestigde binnenvaartondernemers zijn zelfstandigen die één vaartuig in uitbating hebben. Deze ondernemingen moeten kunnen doorgroeien in de sector door te investeren in nieuwe, grotere of modernere schepen.

Rekening houdend met de hoogte van de investeringen in een nieuw of zelfs tweedehands vaartuig is er een grote behoefte aan toegang tot risicokapitaal. Door een vrijstelling te verlenen van de belasting op gerealiseerde meerwaarden bij herinvestering in het bedrijf wordt door de overheid een bijdrage geleverd in het streven naar een verbetering van de samenstelling van de Belgische vloot.

44ter/4

Artikel 44ter, WIB 92, voert een vrijstelling in voor meerwaarden die worden gerealiseerd bij de vervreemding van binnenschepen bestemd voor de commerciële binnenvaart op voorwaarde van herbelegging.

44ter/5

De maatregel geldt zowel voor natuurlijke personen als voor vennootschappen die zich bezighouden met het vervoer over waterwegen van goederen of personen met binnenschepen.

IV. TOEPASSINGSVOORWAARDEN

A. In aanmerking komende meerwaarden

44ter/6

De vrijstelling is van toepassing op gedwongen meerwaarden op binnenschepen, evenals op vrijwillig verwezenlijkte meerwaarden op zulke activa die, op het ogenblik van hun vervreemding, sedert meer dan vijf jaar de aard van vaste activa hadden.

De administratieve richtlijnen inzake vrijwillig verwezenlijkte of gedwongen meerwaarden die voor de toepassing van art. 47, WIB 92, gelden, zijn ook van toepassing op art. 44ter, WIB 92, behalve de aan deze laatste bepaling verbonden specifieke voorwaarden.

44ter/7

Onder binnenschepen bestemd voor commerciële vaart wordt verstaan vaartuigen die, zowel voor eigen rekening als voor rekening van derden:

a. goederen of personen vervoeren;
b. binnenvaartuigen duwen.

44ter/8

Voor de toepassing van de vrijstelling van vrijwillig verwezenlijkte meerwaarden op binnenschepen bestemd voor commerciële vaart, moeten de vervreemde schepen sedert meer dan 5 jaar, op het ogenblik van hun vervreemding, de aard van vaste activa hebben, d.w.z. voor het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid van de belastingplichtige zijn gebruikt in de zin van art. 41, WIB 92. Het begrip 'vaste activa' heeft (overeenkomstig art. 2, § 1, 9°, WIB 92), de betekenis die daaraan wordt toegekend door de wetgeving op de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen.

B. Herbelegging

1. Aard van herbelegging

44ter/9

De herbelegging moet gebeuren in nieuwe of bestaande binnenschepen die:

a. bestemd zijn voor de commerciële vaart;
b. in België voor het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid worden gebruikt;
c. beantwoorden aan ecologische normen die door art. 21, KB/WIB worden bepaald (zie 44ter/11);
d. gelijktijdig aan minstens 2 van de 3 volgende voorwaarden voldoen:

- van een recenter bouwjaar zijn (minstens 5 jaar recenter zijn) dan het vaartuig waarop de meerwaarde betrekking heeft;

- een groter vermogen hebben (minstens 25 % meer laadvermogen of minstens 25 % meer motorvermogen voor de duwboten) dan het vaartuig waarop de meerwaarde betrekking heeft;

- maximum 20 jaar in gebruik zijn.

44ter/10

De herbelegging in een binnenschip met een maximum tonnenmaat van 1.500 ton moet evenwel uitsluitend aan de in a. hiervoor bedoelde voorwaarde voldoen: bestemd zijn voor de commerciële vaart (voor de meerwaarden gerealiseerd vanaf 01.01.2009 en voor zover de datum van verwezenlijking ten vroegste betrekking heeft op het belastbaar tijdperk dat verbonden is aan het aj. 2010).

2. Ecologische normen

44ter/11

De binnenschepen bestemd voor de commerciële vaart moeten beantwoorden aan één van de volgende ecologische normen om een geldige herbelegging uit te maken:

1° het binnenschip is uitgerust met een typegoedgekeurde voortstuwingsmotor conform het Reglement betreffende het Onderzoek van Rijnschepen of het KB 05.12.2004 houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines;

2° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire technische inrichting ter voorkoming van het uitstromen van brandstof aan boord bij het vullen van de brandstoftanks;

3° het binnenschip is uitgerust met een actieve boegbesturing, bedienbaar vanuit het stuurhuis;

4° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire radar en een éénmansradarstuurstand;

5° het binnenschip is uitgerust met een schroefasafdichting die het instromen van water of smeermiddelen in het schip onmogelijk maakt en het uitstromen van waterverontreinigende smeermiddelen vermijdt;

6° het binnenschip is zodanig gebouwd of aangepast dat de bodem en de wanden van de ruimen bestaan uit gladde stalen oppervlakten, waarbij de spanten zich niet in het ruim bevinden.

3. Beperking

44ter/12

Zodra één van deze voormelde alternatieve voorwaarden een verplichte norm wordt, moet het binnenschip aan minstens één van de andere alternatieve voorwaarden voldoen om als geldige wederbelegging in aanmerking te kunnen komen.

44ter/13

Die ecologische normen moeten worden verantwoord door een vermelding ervan in de verplichte technische certificaten of door een verklaring van een klasseringmaatschappij (art. 21, § 3, KB/WIB 92).

44ter/14

De voorwaarden moeten vervuld zijn op het moment van de herbelegging.

4. Herbeleggingstermijn

44ter/15

Art. 44ter, § 3, WIB 92, bepaalt dat de herbelegging moet uiterlijk gebeuren bij de stopzetting van de beroepswerkzaamheid en binnen een termijn:

a. die verstrijkt vijf jaar na het einde van het belastbare tijdperk waarin de schadeloosstelling is ontvangen, in geval van gedwongen meerwaarden;
b. van vijf jaar te rekenen vanaf de eerste dag van het belastbaar tijdperk waarin de meerwaarde werd verwezenlijkt of vanaf de eerste dag van het voorlaatste belastbaar tijdperk vóór dat waarin de meerwaarde is verwezenlijkt, als het gaat om vrijwillige verwezenlijkte meerwaarden.

Voor gedwongen meerwaarden begint de herbeleggingstermijn te lopen vanaf de datum van het schadegeval (d.w.z. vóór de datum van ontvangst van de schadevergoeding en dus van de verwezenlijking van de meerwaarde).

5. Gebrek aan herbelegging

44ter/16

Bij gebrek aan herbelegging van de verkoopprijs of de verkregen schadevergoeding in de passende vorm en binnen de wettelijke termijn, wordt de verwezenlijkte meerwaarde aangemerkt als een winst van het belastbare tijdperk waarin de herbeleggingstermijn is verstreken (art. 44ter, § 5, WIB 92).

In dat geval zijn er nalatigheidsinteresten verschuldigd vanaf 1 januari van het aj. waarvoor de vrijstelling is verleend (art. 416, § 1, WIB 92).

C. Opgave 276 P

44ter/17

Het is niet verplicht om de bijlagen bij de aangifte in de PB te voegen. Desalniettemin is het aangewezen om een opgave 276 P bij de aangifte te voegen en dit, tot en met het belastbaar tijdperk waarin de herbeleggingstermijn is verstreken.

De opgave 276 P is te downloaden op de website https://financien.belgium.be/nl/E-services/biztax/aangiften-en-bijlagen-toelichtingen.

De uitgereikte bewijsstukken houdende overeenstemming met de vereiste ecologische normen moeten ter beschikking van de belastingdienst worden gehouden.

D. Onaantastbaarheidsvoorwaarde

44ter/18

Voor vennootschappen is de vrijstelling slechts van toepassing voor zover het vrijgestelde gedeelte van de meerwaarde op één of meer afzonderlijke rekeningen van het passief geboekt is en blijft en niet tot grondslag dient voor de berekening van de jaarlijkse dotatie aan de wettelijke reserve of van enige beloning of toekenning.

E. Onverenigbaarheid met gespreide taxatie

44ter/19

Als de belastingplichtige kiest voor de vrijstelling zoals voorzien in art. 44ter, WIB 92, kan hij geen aanspraak meer maken op het stelsel van de gespreide belasting zoals bedoeld in art. 47, WIB 92. Omgekeerd sluit de keuze voor het stelsel van de gespreide belasting, de belastingplichtige uit van de toepassing van de in art. 44ter, WIB 92, voorziene vrijstellingsregeling. In beide gevallen is de keuze onherroepelijk.