Parlementaire vraag nr. 6 van mevrouw Veerle Wouters van 13.12.2011
Vragen en Antwoorden, Kamer 2011-2012, nr. 49 van 17.01.2012, p. 19
Personenbelasting
Beroepsinkomen
PC-privé-plan
Vrijstelling van de vergoeding
Bedrijfsleider
VRAAG
Overeenkomstig artikel 38, § 1, eerste lid, 17°, WIB 92 komen enkel werknemers waarvan de bruto belastbare bezoldigingen 21.600 euro (niet-geïndexeerd) niet overschrijden in aanmerking voor de vrijstelling in het kader van een project "PC-privé". De administratie bespreekt in de circulaire nr. Ci.RH.241/602.082 (AAFisc nr. 36/2011) van 11 juli 2011 de wijzigingen aan de "PC-privé"-regeling.
1. Op basis van welke wettelijke bepalingen sluit de administratie de bedrijfsleiders met een arbeidsovereenkomst uit van het "PC-privé"-project, aangezien in de wettekst enkel sprake is van werknemers en niet van werknemers in de zin van artikel 30, 1°, WIB 92 ?
2. Voegt de administratie hier geen voorwaarde aan de wet toe ?
3. Komen volgens de administratie de natuurlijke personen als bedoeld in artikel 32, tweede lid, WIB 92 die onbezoldigd een opdracht als bestuurder, zaakvoerder, vereffenaar of gelijksoortige functies uitoefenen in aanmerking voor een "PC-privé"-project als bedoeld in artikel 38, § 1, eerste lid, 17°, WIB 92 ?
4. Op basis van welke wettelijke bepalingen moet er voor het berekenen van de grens inzake bezoldigingen geen rekening worden gehouden met andere bezoldigingen dan deze vermeld onder de code 1250-11 of 2250-78 (bijvoorbeeld voordelen van alle aard inzake aandelenopties, vervroegd vakantiegeld, achterstallen, opzeggingsvergoedingen, inschakelingsvergoedingen, enzovoort) ?
5. Op basis van welke wettelijke bepalingen wordt er volgens de administratie onder bruto belastbare bezoldigingen verstaan de bezoldigingen vermeld onder de code 1250-11 of 2250-78 van de aangifte in de personenbelasting waardoor voor het berekenen van de grens van 30.540 euro hier wel rekening wordt gehouden met de aftrek als beroepskost van de persoonlijke sociale bijdragen van artikel 52, 7°, WIB 92 maar geen rekening wordt gehouden met andere forfaitaire of werkelijke beroepskosten ?
6. Omvatten de bruto belastbare bezoldigingen niet het nettobedrag vermeerderd met de persoonlijke sociale bijdragen en andere beroepskosten die betrekking hebben op deze inkomsten ? 7. Is het niet wenselijk om in plaats van discussie te voeren over de berekening van vermelde loongrens, ze af te schaffen zodat werkgevers alle werknemers een pc kunnen laten kopen onder deze regeling hetgeen in hoofde van werkgevers minder opvolging vraagt in vergelijking met de situatie waarbij de werkgever een pc aankoopt en ter beschikking stelt aan de werknemer ?
ANTWOORD (van de heer Vanackere, Vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken)
1. In de Memorie van Toelichting bij het ontwerp dat de wet van 6 mei 2009 houdende diverse bepalingen geworden is, wordt gesteld dat onder de term "werknemer" wordt verstaan alle loontrekkenden, arbeiders, bedienden en ambtenaren die tewerkgesteld zijn met een arbeidsovereenkomst of overeenkomstig een statuut (Parl. St., Kamer, doc. 52 1786/001, blz. 31). Het moet bijgevolg gaan om werknemers in de zin van artikel 30, 1°, WIB 92. Ook in het oorspronkelijke "PC-privéplan" (oud artikel 38, § 1, eerste lid, 17°, WIB 92) waren bedrijfsleiders als bedoeld in rtikel 32, WIB 92 overigens uitgesloten (zie het antwoord op de parlementaire vraag nr. 5958 van volksvertegenwoordiger J. Chabot van 15 maart 2005 (Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Financiën en de Begroting, 15 maart 2005, CRIV 51 COM 532, blz. 27).
2. De beoogde circulaire is ter zake volledig in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever.
3. Werknemers die een onbezoldigd mandaat van bedrijfsleider uitoefenen, komen wel in aanmerking voor een "PC-privé"-project als bedoeld in artikel 38, § 1, eerste lid, 17°, WIB 92. Zij verkrijgen immers bezoldigingen van werknemers als bedoeld in artikel 30, 1°, WIB 92.
4. Uit de Memorie van Toelichting blijkt duidelijk dat de inkomensgrens wordt beoordeeld aan de hand van de bruto-bezoldigingen die zijn vermeld onder de code 1250 of 2250 (Parl. St., Kamer, doc. 52 1786/001, blz. 32). Ter zake kan ik u ook verwijzen naar het antwoord op de schriftelijke vraag nr. 642 van volksvertegenwoordiger H. Bogaert van 29 september 2009 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2009-2010, nr. 085, blz. 176).
5. De beoogde circulaire is ter zake volledig in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever.
6. De bruto belastbare bezoldiging is de brutobezoldiging verminderd met de persoonlijke bijdragen tot uitvoering van de sociale wetgeving of van een wettelijk of reglementair statuut en met inbegrip van de eventueel verschuldigde bedrijfsvoorheffing (zowel ingehouden als niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing).
7. De bedoeling van de betrokken maatregel was om het pc-bezit te verhogen bij werknemers met een laag inkomen voor wie de aanschaf van een pc, randapparatuur en software vanuit financieel oogpunt moeilijk haalbaar was (Parl. St., Kamer, doc. 52 1786/001, blz. 30). Om deze reden werd er een grens ingevoerd waarbij de bruto belastbare bezoldigingen van de werknemer niet meer mochten bedragen dan 21.600 euro (niet-geïndexeerd bedrag). Ik ben van oordeel dat er momenteel geen aanpassing van de bestaande wettelijke bepaling moet worden overwogen, inzonderheid omdat de huidige wettekst niet belet dat een werkgever voor alle werknemers tussenkomt in de aankoop van een pc. Evenwel zullen enkel de werknemers die aan de voorwaarden voldoen, recht hebben op de belastingvrijstelling. Tot slot wil ik de aandacht vestigen op het feit dat de belastingvrijstelling wordt toegekend uit hoofde van de tussenkomst van de werkgever in de aankoopprijs die door de werknemer wordt betaald voor de aankoop van een pc in nieuwe staat en dat de wettekst uitdrukkelijk vermeldt dat de werkgever op geen enkel moment zelf eigenaar mag zijn. De situatie waarbij de werkgever een pc aankoopt en ter beschikking stelt van de werknemer, zoals in de vraag van het geachte lid is aangehaald, wordt niet beoogd door de belastingvrijstelling. Die situatie is derhalve niet vergelijkbaar.