Parlementaire vraag nr. 898 van de heer Wouter Vermeersch van 25.02.2022
Kamer, Vragen en Antwoorden, 2021-2022, QRVA 55/081 d.d. 28.03.2022, blz. 165
Doorrekening autokosten, restaurantkosten en andere
VRAAG (van de heer Vermeersch)
Overeenkomstig artikel 66, § 2, 4°, WIB 1992 zijn autokosten die aan derden worden doorgerekend, mits deze kosten uitdrukkelijk en afzonderlijk worden vermeld op een factuur, niet onderhevig aan de aftrekbeperking van autokosten bij diegene die doorrekent. Dat principe is door de wet houdende diverse fiscale bepalingen van 21 januari 2022 (Belgisch Staatsblad van 28 januari 2022) uitgebreid naar de doorrekening van restaurantkosten, receptiekosten, kosten van relatiegeschenken, kosten van kledij maar ook van kosten van jacht, visvangst, lusthuizen en pleziervaartuigen.
1. Om onder de toepassing van artikel 66, § 2, 4°, WIB 1992 te vallen, moet de doorrekening van die autokosten dan één op één (op onverbloemde wijze) worden doorgevoerd?
2. Mag er een winstmarge worden genomen bij die doorrekening (bijv. op de zelfgemaakte kosten een winstmarge van 10 %)?
3. Mag er voor de toepassing van artikel 66, § 2, 4°, WIB 1992 worden doorgerekend tegen een vast bedrag van bijv. 500 euro per maand waarbij dat doorgerekende bedrag dan wordt afgetrokken van de autokosten van diegene die doorrekent alvorens de aftrekbeperking van autokosten toe te passen?
ANTWOORD (van de Minister van Financiën)
1. Het antwoord luidt bevestigend.
2 en 3. De in artikel 66, § 2, 4°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vermelde uitzondering op de aftrekbeperking van autokosten is alleen van toepassing als de aan derden doorgerekende kosten voor hetzelfde bedrag en door middel van een uitdrukkelijke en afzonderlijke vermelding op de factuur worden doorgefactureerd (zie Parlementaire stukken Kamer, DOC 54 2864/001, blz. 79).