Artikel 176, KB/WIB 92
Art. 176 is van toepassing vanaf het aanslagjaar 1992 (art. 238, KB/WIB; KB 27.08.1993 – B.S. 13.09.1993; Numac: 1993082751)
Onverminderd de bevoegdheden van de gerechtelijke officieren bij de parketten, zijn de ambtenaren van de administratie der directe belastingen, van de administratie der douane en accijnzen, van de administratie van het kadaster, de beëdigde gemeenteambtenaren, de rijkswacht, de gerechtelijke agenten bij de parketten, de speciale controleurs van de administratie van het vervoer en de leden van het toezichtspersoneel van het Hoog Comité van toezicht bevoegd om overtredingen op te sporen en om, zelfs alleen, processen-verbaal inzake directe belastingen op te stellen.
Die processen-verbaal, waarbij eventueel de schriftelijke uitleg van de overtreders wordt gevoegd, worden opgesteld ten verzoeke van de Minister van Financiën, op vervolging en benaarstiging van de directeur van de directe belastingen, domicilie kiezend in zijn kantoren; zij zijn van bevestiging of visum en van betekening vrijgesteld.
De processen-verbaal worden toegezonden aan de ambtenaren die daartoe door de Minister van Financiën zijn aangewezen.