Parlementaire vraag nr. 436 van de heer Vincent Scourneau van 01.07.2020
Kamer, Vragen en Antwoorden, 2019-2020, QRVA 55/025 d.d. 27.08.2019, blz. 178
Cash-for-carregeling.
VRAAG (van de heer Vincent Scourneau)
Bij de wet van 30 maart 2018 werd er een mobiliteitsvergoeding ingevoerd. Met die cash-for-carregeling kon een werknemer zijn bedrijfswagen inruilen voor een mobiliteitsvergoeding, d.i. een geldelijke vergoeding die onder een gunstig fiscaal en sociaal statuut valt. Een collectief van vakbonden en milieuorganisaties heeft tegen die maatregel een beroep tot nietigverklaring ingesteld. In april 2020 reageerde het Grondwettelijk Hof positief op dit verzoek tot nietigverklaring. De nietig verklaarde wet blijft wel van kracht tot uiterlijk 31 december 2020 of tot er andere wetsbepalingen in werking treden. 1. Wat is uw standpunt inzake de toekomst van de cash-for-carregeling? 2. Denkt u erover na om die regeling te wijzigen teneinde tegemoet te komen aan de opmerkingen van het Grondwettelijk Hof?
ANTWOORD (van de Minister van Financiën)
De maatregel "cash for car" is ingevoerd door de vorige regering die over een parlementaire meerderheid en volheid van bevoegdheden beschikte. Het lijkt mij dan ook niet opportuun dat de regering in de huidige situatie een nieuw wetsontwerp daarover voorstelt.