Parlementaire vraag nr. 886 van de heer Christian Leysen van 21.02.2022

Kamer, Vragen en Antwoorden, 2021-2022, QRVA 55/081 d.d. 28.03.2022, blz. 154

Rechtspersonenbelasting - Gebroken boekjaren (MV 25272C)

VRAAG (van de heer Leysen)

Deze vraag betreft de toepassing van de termijnen waarbinnen een aangifte inkomstenbelasting moet worden ingediend, omschreven in artikel 310, eerste lid, van het Wetboek Inkomstenbelastingen (WIB).

Voor aan de rechtspersonenbelasting onderworpen rechtspersonen wordt de uiterste datum van indiening van de aangifte vastgesteld op de laatste dag van de zevende maand volgend op het afsluiten van het boekjaar. De aangifte dient te zijn gebaseerd op de goedgekeurde jaarrekening.

Het belastbaar tijdperk inzake de rechtspersonenbelasting is volgens artikel 200, 1°, lid, c, van het koninklijk besluit/WIB omschreven als "het jaar vóór dat waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd".

Er stelt zich echter een praktisch probleem voor aan de rechtspersonenbelasting onderworpen entiteiten, van wie het boekjaar afwijkt van het kalenderjaar.

Artikel 202 KB/WIB bepaalt het belastbaar tijdperk bij deze "gebroken boekjaren" enkel in hoofde van aan de vennootschapsbelasting en niet-inwoners onderworpen entiteiten.

Voor een rechtspersoon die is onderworpen aan de rechtspersonenbelasting en bijv. het boekjaar afsluit op 30 juni, is het niet mogelijk om een aangifte op te stellen die:

- betrekking heeft op een "jaar" (in de zin van een kalenderjaar) en;

- gebaseerd op een goedgekeurde jaarrekening (vermits belastbaar tijdperk en boekjaar niet samenvallen).

Hoe dient volgens u een dergelijke situatie te worden opgelost?

ANTWOORD (van de Minister van Financiën)

Artikel 200, c) van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 bepaalt dat het belastbaar tijdperk in de rechtspersonenbelasting steeds samenvalt met het kalenderjaar vóór dat waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd, ongeacht of de boekhouding al dan niet per kalenderjaar wordt gehouden.

Wanneer een belastingplichtige zijn boekhouding anders dan per kalenderjaar wenst te houden (gebroken boekjaar), dan moet hij zich zo organiseren dat zijn aangifte in de rechtspersonenbelasting gebaseerd is op de gerealiseerde verrichtingen van het betrokken kalenderjaar, wat overeenstemt met het belastbaar tijdperk.

Overeenkomstig artikel 310, eerste alinea van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 wordt de uiterste indieningsdatum van de aangifte in de rechtspersonenbelasting berekend in principe vanaf de datum van afsluiting van het boekjaar dat aanvangt in het betrokken kalenderjaar of belastbaar tijdperk.

Concreet betekent dit dat wanneer bijv. het boekjaar afsluit op 30 juni, de uiterste datum van indiening van de aangifte voor aanslagjaar 2021 (belastbaar tijdperk: 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020) bepaald is op 31 januari 2022, zijnde de datum van afsluiting van het boekjaar dat aanvangt in het belastbaar tijdperk 2020 (met name 30 juni 2021) plus zeven maanden.

De tabel met aangiftetermijnen voor de aangifte in de rechtspersonenbelasting is terug te vinden op de site van de FOD Financiën.