Parlementaire vraag nr. 55000302C van mevrouw Catherine Fonck van 18.09.2019
Kamer, Integraal Verslag – Commissie voor de Financiën, 2019 CRIV 55 COM 010 d.d. 18.09.2019, blz. 16
De belasting op onroerend goed
VRAAG (van mevrouw Fonck)
In bepaalde gevallen wil de fiscus onroerend goed tot 50 % belasten en meerwaarden of huurinkomsten als beroepsactiviteit herkwalificeren. Voor de specialisten lijken de controles en beslissingen ter zake subjectief, onvoorspelbaar qua omvang, en gebaseerd op wat men verstaat onder normaal beheer van privévermogen en de interpretaties die hieraan gegeven worden.
Bevestigt u dat de belastingcontroles zich voortaan op investeringen in onroerend goed zullen richten? Wat zijn de objectieve criteria voor die controles? Over welke speelruimte beschikt de controleur? Vanaf hoeveel onroerende goederen kan men de inkomsten eruit herkwalificeren? Hoe zal men willekeur voorkomen?
ANTWOORD (van de minister)
De administratie beschikt over steeds meer gegevens betreffende de in België of in het buitenland gelegen onroerende goederen, waardoor ze het risicobeheer waarop haar gerichte controles stoelen heeft kunnen verbeteren.
Dat wil niet zeggen dat het belasten van de inkomsten uit onroerende goederen een prioriteit is. De controles strekken ertoe elke belastingplichtige ertoe aan te zetten zijn fiscale verplichtingen te vervullen. De focus moet liggen op degenen die de regels dreigen te omzeilen. De lopende controleacties hebben zowel betrekking op eigenaren van meerdere gebouwen als personen die één gebouw bezitten.
Het risico bestaat erin dat het kadastraal inkomen, de huurinkomsten of een belastbare meerwaarde niet in de aangifte vermeld worden. Men gaat ook na of de onroerendgoedtransacties afwijken van het normale beheer van een privévermogen.
De administratie kan geen precieze criteria bepalen zonder een norm vast te stellen, wat een prerogatief van de wetgever is. De belastingplichtige kan zich wenden tot de Dienst Voorafgaande Beslissingen om meer rechtszekerheid te krijgen.
CONCLUSIE (van mevrouw Fonck)
De wet moet inderdaad nageleefd worden, maar men kan er niet omheen dat er sprake is van enige subjectiviteit bij de manier waarop de controleurs een situatie inschatten.
Bepaalde herkwalificaties lijken gerechtvaardigd, andere lijken dan weer problematisch. Men moet de fiscale billijkheid en rechtvaardigheid garanderen en voorkomen dat er vennootschappen worden opgericht om de herkwalificatie te omzeilen.